column
In het aangezicht van de Majesteit blijken zelfs de stijfste
Hollanders ook fysiek zulke onwaarschijnlijke kronkels in hun ruggegraat
te kunnen leggen dat zelfs een Houdini hen die niet na had kunnen doen,
schrijft columnist Thomas von der Dunk.
Eigenlijk had ik het hier nu over de perikelen op het spoor willen
hebben, maar de Fyra loopt voorlopig toch niet weg, dus dat kan evengoed
volgende week. Ook het thema van zinloos geweld in Brabantse
uitgaanszones, dat na het weekend op het Binnenhof momenteel een
autochtonendebat iets urgenter maakt dan een Marokkanendebat, moet ik
links laten liggen.Daar heeft men op Huis ten Bosch dan toch maar weer mooi voor gezorgd: alle aandacht was vanaf maandagavond weer op de Oranjes en hun lijsttrekker voor de komende dertig jaar gericht. Daardoor viel zelfs de poging van Bram van Ojik - wie, zei U? - om GroenLinks, al dan niet groen en al dan niet links, weer in het mediavizier te krijgen, in het water.
De roze-oranje nevel die Hilversum urenlang als vanzelfsprekend verspreidde nadat Beatrix had meegedeeld de kroon binnenkort aan de wilgen te zullen hangen, logenstraft in elk geval één frequente bewering van diezelfde media: dat het koningshuis in onze 'moderne democratie' geen politieke macht van betekenis meer is.
Want waarom rukte anders een heel leger verslaggevers uit om urenlang voor gesloten paleisdeuren te posten of op een verregend Noordeinde de laatste glimp van de al snel ontbrekende 'toeschouwers' op te vangen?
Hermelijnkoorts
Het zijn thans vooral de monarchisten zélf die met hun hermelijnkoorts de monarchie machtig maken, en daardoor een groter democratisch probleem vormen dan de qua formele machtspositie sterk uitgeklede monarchie als zodanig. In het aangezicht van de Majesteit blijken zelfs de stijfste Hollanders ook fysiek zulke onwaarschijnlijke kronkels in hun ruggegraat te kunnen leggen dat zelfs een Houdini hen die niet na had kunnen doen.
Vooral uit zich die Untertanenmentaliteit door ook aan de meest onbenullige uitlating uit koninklijke mond bij voorbaat een hogere waarde dan in het geval van gewone stervelingen toe te kennen - alsof men zich drie eeuwen na dato alsnog de woorden had eigengemaakt die ooit uit de mond van Lodewijk XIV konden worden genoteerd: 'Er is geen twijfel mogelijk dat Wij op bepaalde momenten, waar Wij zogezegd de plaats van God innemen, niet alleen Zijn autoriteit delen, maar ook Zijn inzichten.'
Een eeuw later kwam de Zuidduitse staatsrechtwetenschapper Friedrich Carl von Moser aangaande de verstandverdovende werkingskracht van zulke Koninklijke Inzichten reeds tot het inzicht dat ook nu nog op een deel van onze elite van toepassing is, zodra ergens een Oranje opduikt:
'Tartarische Prinzen essen als einen seltenen Lecker-Bissen den Koth des großen Lama und sein Urin ist der kostbarste ihrer Liqueurs. Das thut das Ungeziefer der Schmeichler wohl nicht in natura, sie nähren sich aber von den moralischen Exkrementen ihres Herrn und suchen mit ihren stinckenden Athem die Tugend eben so zu vertreiben, wie das unreine Camel mit seinem Auswurf das edle Pferd verscheucht.'
Hoge Gast
Jaren geleden heb ik persoonlijk eens meegemaakt hoe dat in zijn werk gaat, bij een cultuurhistorische tentoonstelling op het Loo, waar ik bij de inhoudelijke opzet en het koningshuis bij de opening betrokken was. Op de grote dag zaten wij al een kwartier in de zaal te wachten, tot ook de Hoge Gast arriveren zou. Opeens, met dank aan een bataljon fotografen, enorme, oerknalachtige lichtflitsen in de hal, alsof zojuist de heilige maagd Maria op Aarde was neergedaald. Het was evenwel prinses Margriet.
En zo gaat het keer op keer, waarbij de NOS steevast als koninklijke Huisomroep functioneert. Met name in het Achtuurjournaal van maandag ging het over vrijwel niets anders, en werd wat ik laatst over byzantinisme als belangrijkste nationale hobby in onze vermeende 'burgerrepubliek' stelde, weer eens afdoende geïllustreerd. De wereld voorbij Zundert en Zevernaar - Syrië, Mali, de euro - had even alle relevantie verloren; in Nederland zijn de Oranjes nu eenmaal wereldberoemd.
Daarbuiten al iets minder, zoals die onvergetelijke anekdote over de eerste ontmoeting tussen Tony Blair en Beatrix op een internationale conferentie in het midden van de jaren negentig illustreert. Daar kwam Blair, toen nog geen premier maar oppositieleider, een vrouw tegen die hem vagelijk bekend voorkwam. Tijdens de lunch sprak zij hem aan en vroeg waar hij vandaan kwam.
'I am Tony Blair of the British Labour Party', zo Blair, 'And you are?'
'My name is Beatrix and I am from the Netherlands.'
'Beatrix who?', vroeg Blair.
'Just Beatrix.'
'What do you do', vroeg Blair verder.
Beatrix glimlachte: 'I am queen.'
Voorlopig is ze in elk geval in Nederland de laatste. Maar als we de nep-nieuwssite De Speld mogen geloven, wordt nu reeds door royaltydeskundigen gespeculeerd over de abdicatie van Willem-Alexander in 2041, al wil de RVD dat nog niet bevestigen. Vooral de vervanging van Koningsdag door Koninginnedag zal dan even wennen zijn.
Dat Blair na een magere dozijn regeringsjaren nog niet van Beatrix gehoord had, is misschien ook niet zo gek. In eigen land gaan koninginnen beduidend langer mee en treden ze ook nooit af.
Als Elisabeth II zo taai is als haar moeder, dan doet ze het nog vijftien jaar, verslaat ze met gemak Victoria, en kan Charles - die nu al langer in de wachtkamer heeft gezeten dan welke kroonprins ooit - als erfelijk beroepswerkloze pas aan de slag op een tachtigjarige leeftijd, die in het jaar 2028 zelfs bij zeer lang aanhouden van de financiële crisis straks door de minister van Sociale Zaken in het kabinet-Asscher III nog wel als pensioengerechtigd zal worden beschouwd.
Thomas von der Dunk is cultuurhistoricus en columnist voor Volkskrant.nl.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten