Op de allereerste bladzijde van de nieuwe roman van Teju Cole wordt de hoofdpersoon, fotograaf Tunde, getroffen door de prachtig bloeiende heg van zijn buurman. Snel pakt hij zijn camera, maar dan klinkt een barse stem: ‘Dit is privéterrein!’ Wie mag er afgebeeld worden, hoe en door wie? In Trilling onderzoekt fotograaf en schrijver Cole de netelige vragen in de kunst. Robin Goudsmit interviewde hem. “Ik wilde een boek schrijven waarvan mensen zouden zeggen: wat ís dit?”
Wat is de waarde van onze herinneringen, vraagt Rob van Essen zich af. In zijn nieuwe roman Ik kom hier nog op terug haalt hij de tijdmachine van stal, eentje die uitermate soepel functioneert. Het boek deed Rob Schouten hier en daar denken aan de Japanse schrijver Haruki Murakami, in wiens werk bovennatuurlijke elementen ook zo’n opvallende rol spelen. Maar bij Van Essen zijn ze omvangrijker en fundamenteler, geen terloopse decorstukken.
In Martelaarschap, het derde deel van zijn Dagboeken vertelt Han Voskuil niet alles. Maar dat maakt Gerbrand Bakker niets uit. Wat een plezier om dagenlang in de wereld van Han en Lousje Voskuil te verblijven! Na bijna tien jaar is er een nieuwe roman van Michael Cunningham. Smakelijk verhaalt historicus Anthony Bale over de reizen die de middeleeuwers maakten naar de meest exotisch bestemmingen. En naderend onheil in de roman van de Oeigoerse schrijver Perhat Tursun, die al vijf jaar vastzit in een Chinees strafkamp.
|
|
|
|
|
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten