zondag 6 februari 2022

Vrijgevochten debutanten zetten de toon; de beste boeken van 2021 volgens de Trouw-recensenten

 

Het beste van 2021Boeken

Vrijgevochten debutanten zetten de toon; de beste boeken van 2021 volgens de Trouw-recensenten

null Beeld Mart Veldhuis
Beeld Mart Veldhuis

Corona als onderwerp leken de schrijvers dit jaar alweer moe. Het levensverhaal heerst als altijd op de bestsellerlijsten.

Jann Ruyters

De schaamte was Lale Gül wel voorbij toen ze besloot haar ervaringen als rebellerende dochter van strenggelovige islamitische ­ouders in fictievorm op te tekenen in een boek als ‘een woedende zucht’, zoals Trouw schreef. En met succes. Al 43 weken staat Ik ga leven nu in de bestsellerlijst. Gül won de NS Publieksprijs voor haar autobiografische relaas over de afvallige moslima Büsra die het aanlegt met een Nederlandse PVV’er.

­Bedreigingen voerden na verschijning de boventoon, de auteur moest zelfs tijdelijk onderduiken. Zei Gül eerst in Trouw direct weer te willen stoppen met schrijven, omdat ze het tumult zat was, dat voor­nemen trok ze ­later in. En gelukkig, want hoewel deze eerste roman de nodige kritiek kreeg, schuilt er een schrijver in Lale Gül. En herkend wordt haar boek.

Ik ga leven vindt ook weerklank als bevrijdingsroman, type eyeopener, zoals De schaamte voorbij van Anja Meulenbelt, zij het van een ruiger soort. Op haar Instagramaccount postte de auteur ­reacties van Turks-Nederlandse meiden die eenzelfde strijd uitvechten en de schrijfster bewonderen om haar lef. ‘Jarenlang heb ik een dubbelleven geleid’, schrijft er eentje, ‘ik vind het zo knap dat jij je verhaal deelt’.

BN’ers verdringen elkaar in de bestsellerlijst

Vrijgevochten debutanten zetten de toon dit jaar. Naast Lale Gül ook Tobi Lakmaker, wiens debuut De geschiedenis van mijn seksualiteit een bestseller werd en die met dit sprankelende verslag van volwassenwording genomineerd werd voor de Boekenbon Literatuurprijs. Het zijn succesromans in een jaar dat wat boekverkoop betreft toch al niet tegenviel, al groeide vooral de onlineverkoop en bleef het voor de fysieke boekhandels ploeteren.

Corona als onderwerp, vorig jaar nog goed voor enkele kronieken en romans, leken de schrijvers dit jaar alweer moe. Het levensverhaal heerst als altijd op de bestsellerlijsten waar de biografieën van BN’ers elkaar verdringen op nummer 1, van de Meilands tot Amalia. Ook Erasmus en Willem de Zwijger deden het goed. Als er al een trend te bespeuren is, dan is het dat meer literaire auteurs hun heil zoeken in hun eigen verhaal, niet alleen in terugblikken op een vervlogen jeugd (Marcel Möring, Erik Jan Harmens), maar zelfs in een mengvorm tussen memoir en sciencefiction (Auke Hulst).

Destijds stukgelezen, nu vergeten

Vijftien van onze recensenten kozen hun favorieten van het afgelopen jaar. Drie boeken worden twee keer genoemd: naast dat van Lakmaker Raam, sleutel van Robbert Welagen en Kruispunt van Jonathan Franzen.

Welke van de geroemde boeken en schrijvers favoriet blijven, valt te bezien. Wie kent Adriaan Loosjes, Marie van Zeggelen en Johanna van Woude nog, die in de negentiende eeuw stukgelezen werden en die Marita Mathijsen deze herfst opgroef in haar studie van de negentiende-eeuwse leescultuur. Lezers van toen huilden tranen met tuiten of maakten zich boos, maar niet om de boeken van Multatuli of Gorter, die nu nog worden gewaardeerd. Liever las men nu vergeten romans als De lotgevallen van Klaasje Zevenster van Jacob van Lennep of Overwintering op Nova Zembla van Tollens.

Misschien wacht Lakmaker en Gül hetzelfde lot als de door Mathijsen genoemde J.J. Cremer die met zijn novelle tegen kinderarbeid de weg bereidde voor een verbod, maar wiens Fabriekskinderen niemand nog kent.

Maar zo ver vooruit hoeven we niet te kijken, voorlopig is het uitzien naar hun tweede roman.

BESTE BOEKEN 2021:

De beste Nederlandstalige romans volgens Sander Becker

1. Robbert Welagen, Raam, sleutel (Nijgh & Van Ditmar)

Een jonge schrijfster wordt verliefd op een vrouw. Nog diezelfde dag overlijdt haar vriend. Kan zij een nieuwe liefde toelaten terwijl ze volop rouwt? Welagens fascinerende psychologische verkenning levert een ontroerende, ingetogen roman op. Hij kwalificeert zijn schrijfstijl als ‘provocerende eenvoud’.

Sander Becker sprak met Robbert Welagen. ‘Rouw en verliefdheid liggen dichter bij elkaar dan je zou denken.’

2. Delphine Lecompte, Beschermvrouwe van de verschoppelingen II (De Bezige Bij)

In dit humorrijke boek vol stilistische overdaad geeft de schrijfster een sprookjesachtige blik in haar leven. Seksueel misbruik, een alcoholverslaving, opnames in een psychiatrische kliniek: geen vrolijke boel, maar Lecompte houdt het luchtig. En passant hekelt ze het moralisme van de woke-beweging en van pedofielenjagers. Deel I verscheen eerder dit jaar, deel III ligt al bij de uitgever.

3. Martin de Haan, Ramkoers (Arbeiderspers)

Grotesk-grappige debuutroman van de vertaler van Michel Houellebecq. Wanneer een reusachtige ruimterots de aarde dreigt te vernietigen, laat de ironische hoofdpersoon alles uit zijn handen vallen. Hij maakt een roadtrip naar Spanje om zijn vriendin nog één keer te zien. Onderweg ontmoet hij de mens op z’n mooist en op z’n lelijkst.

Sander Becker sprak met Martin de Haan. ‘Ik ben allergisch voor realistische romans waarbij de schrijver net doet alsof de verteller niet bestaat.’

null Beeld
Beeld

De beste romans volgens Yolanda Entius

1. Deborah Levy, Onroerend goed (De Geus)

Eigenlijk de hele driedelige autobiografie, niet alleen dit laatste deel. Aan de hand van het persoonlijk roert Levy grote levens- en schrijversvragen aan. Op zoek naar ‘verdwenen vrouwelijke personages’ trekt ze je haar Londense schrijversschuurtje in en neemt je mee naar Montparnasse en Mumbai, Griekenland, Berlijn. Wat zal haar nalatenschap zijn en waar is thuis? Geestig, elegant en bedrieglijk gewoon.

2. Marie Kessels, Levenshonger (De Bezige Bij)

Caleidoscopische roman waarbij Kessels (of haar heldin: het meisje van de vleesfabriek) drop-outs en gelukszoekers een heerlijke en unieke stem geeft ‘want pas dan krijg je als mens, als levend wezen, dimensies, en verliest het beschamende idee dat je hóóguit een kliekje bent op de reusachtige afvalberg van de geschiedenis zijn macht over je’.

3. Hans Heesen, Een naderend begin van iets nieuws (IJzer)

Opmerkelijke want volstrekt onspectaculair romandebuut, een beetje ouderwets ook en met een vleugje Nescio. Terugblik op een zomer van een achttienjarige jongen waarin zich niets en toch van alles voltrok. Heesen probeert ‘zo nauwkeurig mogelijk op te schrijven wat er gebeurde’. Heel fijn.

De beste thrillers volgens Monique de Heer

1. Thomas Olde Heuvelt, Orakel (Boekerij)

De originaliteit spat van de bladzijden in dit boek van Thomas Olde Heuvelt. Hij daagt de lezer uit iets te geloven wat niet kan. Dat lukt hem wonderbaarlijk. Er landen geen spookschepen uit de achttiende eeuw in de duinen bij Schoorl maar toch ga je als lezer moeiteloos mee in het verhaal van Luca die het schip als eerste ziet. Zijn leven wordt nooit meer hetzelfde, heel eng. Lees ook Hex, het eerdere boek van Olde Heuvelt, nog enger.

null Beeld
Beeld

2. Sophie Hannah, Geen spat veranderd (The House of Books)

Iedereen kent wel de neiging om te gaan kijken hoe het met een vriendin is die je uit het oog bent verloren. Maar wat als je dat doet zoals Flora en de kinderen van je vriendin zijn in twaalf jaar precies hetzelfde gebleven? Hannah weeft een fantastisch plot rond twee kinderen waarvan je enigszins beduusd achterblijft. Want ja, Flora heeft het goed gezien.

3. Anjet Daanje, De herinnerde soldaat (Passage)

Geen thriller en een boek uit 2019 maar ik las het dit jaar en taalgebruik, thema, het tijdsbeeld en de beschrijvingen van de Eerste Wereldoorlog maakten grote indruk. Het verhaal van de soldaat die tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn geheugen verliest, is fenomenaal. Als door een wonder wordt hij teruggevonden door zijn vrouw en dan begint de zoektocht naar zijn identiteit en hun relatie. Wie ben je als het verleden een zwart gat is, en wat als je dingen terugvindt die je liever niet had geweten. Een meesterlijke roman over wat een mens maakt.

De beste romans volgens Lieke Kézér

1. Evie Wyld, Wij zijn de wolven (De Bezige Bij)

Geen luchtige kost, deze roman van Evie Wyld over geweld tegen vrouwen; Wij zijn de wolven is grimmig en bikkelhard. Wyld vervlecht de levens van drie getraumatiseerde vrouwen en strooit met fragmenten van anderen die opgesloten worden, verkracht of gewurgd met een golfclub. Klinkt misschien niet echt als een verhaal voor de donkere dagen, maar Wij zijn de wolven beklijft en is óók gruwelijk mooi.

2. Milena Busquets, De verloren vriendin (Meulenhoff)

De verloren vriendin verhaalt op prachtige wijze over rouw en verlies, over de volwassenheid die zich vroeg of laat opdringt en over het genadeloze verstrijken van de tijd. Een pareltje, Busquets blaast haar roman vol joie de vivre. Meteen erna las ik Ook dit gaat voorbij, haar vorige boek, en nu wil ik meer.

3. Jonathan Franzen, Kruispunt (Prometheus)

Ja! De nieuwe Franzen! Kruispunt is het eerste deel van een trilogie, een familieroman die dezelfde grandeur uitstraalt als De correcties (waarvan ik sommige passages misschien al wel twintig keer heb herlezen, zo briljant, maar dat terzijde). Een hartverscheurend mooi portret van een gezin; op onnavolgbare wijze beschrijft Franzen de complexe verhoudingen tussen de ouders en hun rap opgroeiende kinderen.

null Beeld
Beeld

De beste romans volgens Ger Leppers

1. Hervé Le Tellier, Anomalie (Xander)

Het ongeremde schrijfplezier druipt van de pagina’s van deze virtuoze roman, die zich in een zo nabije toekomst afspeelt dat die inmiddels alweer achter ons ligt. De uitbundige humor is afwisselend mild en vilein. In lange tijd heb ik geen boek gelezen dat mij zo amuseerde als dit.

2. Patrick Modiano, Kleedkamer in kindertijd (Querido)

Het is mij een raadsel waarom deze Modiano uit 1989 hier in Nederland op de plank was blijven liggen, want het boek doet in geen enkel opzicht onder voor de rest van het oeuvre van de Franse sfeertovenaar. Met de mooie vertaling van Paul Gellings is nu gelukkig in deze leemte voorzien.

3. António Lobo Antunes, De andere kant van de zee (Ambo|Anthos)

De inmiddels hoogbejaarde eeuwige Nobelprijskandidaat lijkt nog steeds met elke roman dieper door te dringen in de duisterste krochten van de menselijke geest. Zó groot zijn het talent en het mededogen van de schrijver dat je er als lezer steeds weer gereinigd uitkomt.

De beste non-fictie volgens Nicole Lucas

1. Lea Ypi, Vrij. Opgroeien aan het einde van de geschiedenis (Bezige Bij)

Tegenwoordig is ze hoogleraar in Londen, maar ze groeide op in Albanië toen dat nog een stalinistische uithoek van Europa heette. In Vrij beschrijft Ypi (42) op eerlijke en ontroerende wijze hoe zij zich die jaren herinnert én de periode daarna, toen ook in Albanië het socialistische ideaal de aftocht moest blazen.

Nicole Lucas sprak met Lea Ypi. ‘Ik ben me ervan bewust dat buitenstaanders je in een hokje willen stoppen om je te kunnen plaatsen.’

2. Dick Wittenberg, Wat doen we met de spullen? Een portret van Nederland in één nalatenschap (De Correspondent)

Dick Wittenberg (71) volgde een jaar lang de zeven kinderen van Jo van Overdijk-van de Ven toen ze na haar overlijden haar huis opruimden. Op liefdevolle wijze beschrijft hij wat de achtergebleven spullen zeggen over hun Brabantse moeder, en wat ze al dan niet betekenen voor haar achtergebleven zoons en dochters.

Nicole Lucas sprak met Dick Wittenberg. ‘Bezig zijn met de nalatenschap geeft je de kans om die vader of moeder nog een beetje beter of anders te leren kennen dan je tot nu toe deed.’

3. Margriet van der Heijden, Denken is verrukkelijk. Het leven van Tatiana Afanassjewa en Paul Ehrenfest (Prometheus)

Slim, onconventioneel en nieuwsgierig: de in Kiev geboren Tatiana Afanassjewa (1876-1964) en uit Wenen afkomstige Paul Ehrenfest (1880-1933) vormden een opmerkelijk duo. Allebei hoogopgeleid maakten ze Leiden, waar Ehrenfest in 1912 hoogleraar werd, tot een centrum van intellectuele discussie. Boeiend portret van twee bijzondere mensen en de roerige tijd waarin zij leefden.

null Beeld
Beeld

De beste kinderboeken volgens Bas Maliepaard

1. Pieter Gaudesaboos, Een zee van liefde (Lannoo, 5+)

Een hartverwarmend, extra dik prentenboek over de vriendschap tussen Pinguïn en Beer, die gedurende een mooie zomer overgaat in liefde.

2. Jordan Scott, Ik praat als een rivier (Querido, 5+)

Beeldschoon prentenboek over een stotterende jongen, die in een onstuimige rivier een metafoor ziet voor zijn hortende spraak.

3. Annet Schaap, De meisjes (Querido, 10+)

Magistrale verhalenbundel over dappere, verlangende, eigenzinnige meisjes, die we allemaal kennen uit de sprookjes van Grimm en Perrault.

null Beeld
Beeld

4. Jason Reynolds, Let goed op (Leopold, 11+)

Knappe, empathische bundel over hoe Amerikaanse kinderen na schooltijd terugkeren naar vaak ingewikkelde levens waar hun klasgenoten geen weet van hebben.

Bas Maliepaard sprak met Jason Reynolds. ‘Thuis heb ik nooit iemand zien lezen.’

5. Meg Rosoff, De Godden broers (Luitingh-Sijthoff, 15+)

Zinderend coming-of-ageboek over een zomer aan zee, liefde, familiebanden en verraad, waarin niet duidelijk wordt of de verteller jongen, meisje of non-binair is.

6. Erna Sassen, Zonder titel (Leopold, 15+)

Even humoristisch als schrijnend relaas van Joshua (15), die zijn hartsvriendin kwijtraakt aan uithuwelijking. Nienke van Hichtumprijs 2021.

De beste Spaanstalige boeken volgens Berthold van Maris

1. Juan Carlos Onetti, Afscheid (Kievenaar)

Klassieke, binnen de Zuid-Amerikaanse literatuur zeer invloedrijke novelle. Verscheen in 1954, maar nu pas in het Nederlands vertaald. Het tragische verhaal van een ongeneeslijk zieke man die iets heeft met twee vrouwen, verteld vanuit het oplettende maar ook bevooroordeelde perspectief van een paar buitenstaanders die maar half weten wat er aan de hand is. Een wonder van vertelkunst.

2. César Aira, Een episode uit het leven van een landschapsschilder (Koppernik)

Argentinië, 1838: Duitse landschapsschilder begint als gevolg van een ongeval te hallucineren en komt daardoor opeens onbegrijpelijk dicht bij de essentie van wat tekenen is, wat schilderen is, wat landschappen zijn en hoe de mensheid in dat landschap past. Een psychedelische trip, die allerlei pseudo-filosofische gedachten (à la Borges) oproept.

3. Eduardo Mendoza, De koning ontvangt (Meulenhoff)

Zeer onderhoudend boek over de jaren zestig en zeventig. Ook in Spanje werd het leven toen wat losser en vrijer, ondanks de orthodox-katholieke dictatuur van generaal Franco. Mendoza combineert persoonlijke herinneringen aan die periode, toen hij in Barcelona en later in New York woonde, met de sfeer en plot van een avonturenroman. Stijlvol opgeschreven, licht van toon.

xx Beeld xx
xxBeeld xx

De beste geschiedenisboeken volgens Elias van der Plicht

1. Jeffrey Veidlinger, Midden in het beschaafde Europa. De pogroms van 1918-1921 en het begin van de Holocaust (Spectrum)

Vóór Auschwitz was de Shoah ondenkbaar. Dat dacht historicus Jeffrey Veidlinger altijd. Totdat hij zich verdiept in de geschiedenis van de jacht op Joden in Oekraïne. Kort na de Eerste Wereldoorlog werden daar honderdduizend mannen en vrouwen afgeslacht. Veidlingers stelling: met de pogroms van toen was het idee geboren dat op een dag alle Joden zouden kunnen worden uitgeroeid.

2. Russell Shorto, Pater familias. Het verhaal van mijn familie en de gangsters (Ambo|Anthos)

Aanvankelijk wilde Russell Shorto schrijven over de invloed van de maffia op kleine Amerikaanse steden. Na verloop van tijd beseft hij dat hij er niet omheen kan ook zijn eigen familie in het boek te verweven, want ja, zijn grootvader was de Al Capone van provincieplaats Johnstown. Shorto doorbreekt de omerta en laat zien hoe moeilijk het lange tijd voor Italo-Amerikanen was om een normaal beroep uit te oefenen.

Seije Slager sprak met Russell Shorto over dit boek. ‘Mijn opa moest wel bij de maffia.’

null Beeld
Beeld


3. Philip Dröge, Moederstad. Jakarta, een familiegeschiedenis (Spectrum)

Origineel verteld verhaal waarbij journalist Philip Dröge zijn familiegeschiedenis koppelt aan die van de hoofdstad van Indonesië. Hij stuit op slaven en slavenhouders, onderdrukten en onderdrukkers. ‘Mocht het ooit tot herstelbetalingen voor de slavernij komen, dan kan ik het geld van mijn broekzak naar mijn vestzak overhevelen.’

De beste Italiaanse boeken volgens Ronald de Rooy

1. Elsa Morante, Het eiland van Arturo (Wereldbibliotheek)

Op het idyllische Procida, vlak voor de kust van Napels, kijkt Arturo reikhalzend uit naar de bezoekjes van zijn mythische vader, hunkert hij naar de liefde van zijn gestorven moeder. Morantes meesterwerk is een bildungsroman, een sprookje, een opera, en nog zoveel meer. Gebeeldhouwde taal, felliniaanse personages, melodrama en tragiek. Heerlijk boek.

2. Marco Missiroli, Trouw (Cossee)

Door het om te dopen tot ‘misverstand’, verdwijnt het compromitterende voorval tussen Carlo en zijn studente Sofia geenszins uit zijn gedachten noch uit die van zijn vrouw. Het is de aanleiding van een boeiende roman over trouw, ontrouw, bedrog en integriteit die voortdurend meandert tussen de uiterlijke maar vooral de innerlijke levens van steeds nieuwe en heel verschillende mensen.

3. Alessandro Barbero, Dante (Athenaeum)

Ter gelegenheid van Dantes 700ste sterfjaar schreef geschiedenisprofessor en mediafenomeen Barbero een serieuze biografie waarmee hij – ongelofelijk maar waar – nieuw licht weet te werpen op het leven van een van de meest bestudeerde auteurs ter wereld. Misschien geen boek voor wie Dante en diens werk nog niet kent, maar des te meer voor wie zich er verder in wil verdiepen.

De beste romans volgens Jann Ruyters

1. Tobi Lakmaker, De geschiedenis van mijn seksualiteit (Das Mag)

Smeuïg verslag van volwassenwording dat de lezer inpalmt met geestige zinnen en absurde scènes. Heel grappig is bijvoorbeeld Lakmakers verslag van de universitaire filosofie-werkgroep (‘Niets was ooit zoals het was bij filosofie. Alles was altijd ‘aannemelijk’) en het inkijkje in het Amsterdamse damesvoetbal. Een debuut dat direct doet uitzien naar de volgende Lakmaker ook omdat je nog geen idee hebt waar het nu heen gaat met zijn schrijverschap.

Rick Pullens sprak met Tobi Lakmaker. ‘Het zou mooi zijn als het palet aan smaken ­tussen man en vrouw zichtbaarder wordt in de maatschappij.’

2. Marian Engel, Beer (Koppernik)

Bijzondere klassiekers werden dit jaar opnieuw uitgegeven, romans van Anita Brookner, Fleur Jaeggy. Een grote verrassing was daarnaast de heruitgave van Marian Engels Beer (1976) over de liefde tussen een bibliothecaris en een beer op een eiland in het Canadese Noord-Ontario. Bizarre fictie, realistisch en meeslepend verteld.

3. Robbert Welagen, Raam, sleutel (Nijgh & Van Ditmar)

Minimalistische literatuur maakt Robbert Welagen. In Raam, sleutel brengt hij grote thema’s als rouw, liefde en ontrouw terug tot een prettig vervreemdende, maar ook spannende en prikkelende vertelling over een jonge vrouw die door een noodlottig toeval haar geliefde verliest net nadat er een vonk oversloeg met iemand anders.

null Beeld
Beeld

Sander Becker sprak met Robbert Welagen. ‘Rouw en verliefdheid liggen dichter bij elkaar dan je zou denken.’

De beste boeken volgens Rob Schouten

1. Jonathan Franzen, Kruispunt (Prometheus)

Hoewel het in mijn leespraktijk wederom een jaar was zonder grote uitschieters blijven er toch drie boeken over die ik koesterde: Jonathan Franzens Kruispunt, zijn zoveelste epos over een Amerikaans gezin, een beetje in de trant van de grote John Updike maar vanwege de verwijzingen naar sektarisme en christelijk jeugdwerk voor mij persoonlijk toch een nieuw geluid. Leest als een trein.

2. Dave Eggers, Het Alles (De Bezige Bij)

Dat geldt ook voor Dave Eggers’ Het Alles, het vervolg op De Cirkel. Ik weet dat er mensen zijn die het een oppervlakkige dystopie vinden maar hij weet je wel mee te slepen in een mogelijk nieuwe wereld, waarvan ik van harte hoop dat ik hem misloop. Met name zijn beschrijving van de bekering van sommige van zijn hoofdpersonen tot die naargeestige big-brother-is-watching-youwereld fascineert me.

3. Yehuda Amichai, Gedichten deel 1 (Van Maaskant Haun)

Op het laatst las ik nog de vertaling van Yehuda Amichais Gedichten deel 1: een van de grootste dichters en een persoonlijke favoriet wiens Hebreeuws nu eens ruim ontsloten wordt voor wie die taal niet machtig is. Tegelijkertijd vlotte en geëngageerde als diepzinnige en borende poëzie, ik zou niet zonder kunnen.

De beste geschiedenisboeken volgens Paul van der Steen

1. Caroline de Gruyter, Beter wordt het niet. Een reis door het Habsburgse reis en de Europese Unie (De Geus)

Geschiedenis die en passant de kracht en de kwetsbaarheid van het compromis laat zien. Waardevol in een tijd waarin menigeen goede sier maakt met oneliners en makkelijke oplossingen.

2. Helmut Walser Smith, Duitsland. Een natie en haar geschiedenis. Voor, tijdens en na het nationalisme 1500-2000 (Het Getij/Arbeiderspers)

Patrick Dassen, De Weimarrepubliek 1918-1933 (Van Oorschot)

Het regent lezenswaardige boeken over de Duitse geschiedenis. 2020 leverde Harold Jähners Wolfstijd over het eerste decennium na 1945 op. In 2021 boden Walser Smith en Dassen ieder op hun manier verdieping en nuancering bij bestaande beelden over de geschiedenis van onze oosterburen.

3. Stephan Walker, Naar de sterren. De eerste mens die de Aarde verliet en een reis door de ruimte maakte (Hollands Diep)

De ruimterace in de Koude Oorlog was nauwelijks minder absurd dan die van de rijksten der aarde nu, maar dit verhaal over Joeri Gagarins grote avontuur uitgewerkt tot in de kleinste details is behoorlijk onweerstaanbaar.

De beste Nederlandstalige romans volgens Gerwin van der Werf

1. Tobi Lakmaker, De geschiedenis van mijn seksualiteit (Das Mag)

Waar sommige grote namen dit jaar wat teleurstelden (Koch, Grunberg, Van der Heijden) stalen een aantal debutanten absoluut de show. Een van hen is Tobi Lakmaker, hij schreef het debuut van het jaar: sprankelend, spraakmakend, grappig, ontroerend.

Rick Pullens sprak met Tobi Lakmaker. ‘Het zou mooi zijn als het palet aan smaken ­tussen man en vrouw zichtbaarder wordt in de maatschappij.’

2. Leonieke Baerwaldt, Hier komen wij vandaan (Querido)

Het sprookje van de kleine zeemeermin naar het heden verplaatst. Deze debutant doet dat zo origineel en slim dat je lichtelijk onthutst achterblijft. Die littekens achter het oor van die moeder… zijn dat soms kieuwen? Hoera, het literaire experiment leeft nog.

3. Peter Terrin, Al het blauw (De Bezige Bij)

Toch nog een grote naam in dit lijstje. Terrins romans stellen werkelijk nooit teleur, ze zijn altijd sterk in sfeer en stijl, en daar is deze roman geen uitzondering op. Een poëtische en tegelijk rauwe liefdesgeschiedenis in een fijn jarentachtig-decor. De mooiste roman van het jaar.

null Beeld
Beeld

De beste boeken volgens Vrouwkje Tuinman

1. Chimamanda Ngozi Adichie, Gedachten over rouw (De Bezige Bij)

Ik las het Engelse origineel van dit zeer directe rouwverslag. Zelfbenoemd vaderskind Adichie verliest haar aan de andere kant van een oceaan wonende vader, middenin coronatijd, wat het ‘wrede leerproces’ dat rouw is nog eens extra hardvochtig maakt. Heel mooi. Ik ben benieuwd naar de zojuist verschenen vertaling.

2. Willy Vlautin, De nacht valt altijd (Meulenhoff)

Het grootste deel van dit boek beschrijft maar één werkelijk totaal uitputtende dag in de Amerikaanse Midwest. Lynettes leven valt niet mee en toch houdt ze een betere toekomst voor ogen. Een roman vol waanzinnige dialogen en scènes die zo door Tarantino kunnen worden verfilmd.

3. Marijke Schermer, Gods wegen, Van Oorschot

In de fijne reeks Terloops maakt Marijke Schermer een wandeling over delen van het Brabantse kloosterpad. Het is een fysieke tocht, maar ook een psychologische, en een filosofische, die vragen opwerpt over de grenzen tussen werkelijkheid, ‘verhaling’ en herinnering. Schermer zorgt bovendien ingenieus dat je je ook als lezer die vragen moet stellen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten