zaterdag 15 februari 2020

Reinbert de Leeuw wees de weg naar muzikaal avontuur

Reinbert de Leeuw (1938-2020) Reinbert de Leeuw is op 81-jarige leeftijd overleden. De dirigent en componist was een bevlogen pleitbezorger van eigentijdse klassieke muziek. Maar ook voor componisten als Liszt en Bach had hij een warm hart.
Reinbert de Leeuw in 1971.
Reinbert de Leeuw in 1971. Foto Vincent Metzel
Een bevlogen en onvermoeibaar ambassadeur van de eigentijdse muziek, dat was Reinbert de Leeuw. Als pianist en als dirigent van het door hem in 1974 opgerichte Schönberg Ensemble (in 2009 gefuseerd tot Asko|Schönberg) bouwde hij een internationale reputatie op als eersteklas uitvoerder. De lange magere gestalte van De Leeuw, meestal met een shagje tussen de vingers, was ruim een halve eeuw een wegwijzer voor muzikaal avontuur.
Dat avontuur hoefde niet per se nieuw te zijn. Zijn grootste publiekssuccessen beleefde De Leeuw juist met oudere muziek. Vanaf de jaren zeventig speelde hij een belangrijke rol bij de ‘herontdekking’ van Erik Satie, wiens piano-oeuvre hij in geruchtmakend trage tempi vastlegde op een reeks lp’s en cd’s. Hij hoorde zijn Satie indertijd overal, vertelde De Leeuw later, tot in modezaken en liften toe.
Lees de reacties op De Leeuws overlijden: ‘Reinbert de Leeuw zei dingen die je zelf soms dacht, maar niet durfde te zeggen’
En toen hij al ver in de zeventig was waagde De Leeuw zich voor het eerst aan de Matthäus-Passion van Bach. De concerten trokken volle zalen en de documentaire die Cherry Duyns erover maakte werd een hit. De Leeuws uitgesproken interpretatiekeuzes gingen soms lijnrecht in tegen de heersende Bach-mores, maar: „Het kan gewoon niet anders dan zoals ik het wil, ook al weet ik heus dat ik niet de wijsheid in pacht heb”, zei hij in maart 2018 tegen deze krant. Namens de familie en vriendenkring heeft een woordvoerder aan het ANP laten weten dat De Leeuw vrijdagochtend is overleden. Volgende week wordt De Leeuw begraven op begraafplaats Zorgvlied in Amsterdam. In het Muziekgebouw Amsterdam wordt op vrijdag 21 februari afscheid genomen van de componist.
Dirigent, pianist en componist Reinbert de Leeuw Foto Merlijn Doomernik

Veellezer

Reinbert de Leeuw werd op 8 september 1938 geboren in Amsterdam-Zuid, als middelste zoon van een psychiatersechtpaar. Hij toonde muzikale aanleg en won tijdens zijn gymnasiumtijd prijzen met zijn pianospel. Toch ging De Leeuw aanvankelijk Nederlands studeren – van jongs af aan was hij een veellezer en een universitaire studie lag in zijn milieu voor de hand. Pas na twee jaar stapte hij over naar het conservatorium. Hij studeerde piano en muziektheorie in Amsterdam en volgde vanaf 1962 in Den Haag het ‘maandagochtendklasje’ (compositie) van Kees van Baaren, directeur van het Koninklijk Conservatorium. Een jaar later kreeg De Leeuw daar een aanstelling als theoriedocent. Hij bleef een halve eeuw aan het Haagse conservatorium verbonden.
In Den Haag ontmoette De Leeuw de geestverwanten met wie hij lange tijd een stempel op het Nederlandse muziekleven zou drukken. Vooral met componist Louis Andriessen had De Leeuw een bijzondere band en hij bracht in binnen- en buitenland vele werken van zijn boezemvriend in première. De Leeuw en Andriessen behoorden tot de kern van actiegroep De Notenkraker, samen met collega’s Misha Mengelberg, Peter Schat en Jan van Vlijmen. In 1969 verstoorde de groep een concert van het Concertgebouworkest en Bernard Haitink om te pleiten voor modernisering van de programmering. Datzelfde jaar componeerden de vijf voor het Holland Festival de ‘anti-imperialistische opera’ Reconstructie, over de moord op Che Guevara, samen met schrijvers Hugo Claus en Harry Mulisch.

Vernieuwing

In de jaren 60 en 70 ijverde De Leeuw ook als bestuurder van verschillende culturele organisaties voor vernieuwing van het bestel. Zo was hij een voorvechter van het Fonds voor de Scheppende Toonkunst. Hij keerde zich nadrukkelijk tegen ‘beroepsbestuurders’ en kon fel van leer trekken tegen wie het niet met hem eens was. Later was De Leeuw als artistiek leider verbonden aan het Aldeburgh Festival (1992), het Tanglewood Festival (1994-1998) en de NJO Summer Academy (2001-2010) en adviseerde hij het Sydney Symphony Orchestra over eigentijdse muziek. Hij ontving verschillende eredoctoraten en onderscheidingen, werd in 2008 geridderd en ontving ter gelegenheid van zijn vijfenzeventigste verjaardag een Oeuvre Edison.
Lees hier het interview dat NRC vorig jaar met De Leeuw had: ‘Ik ben erger dan compromisloos’
Aanvankelijk profileerde De Leeuw zich ook nadrukkelijk als componist, met het grootse orkestwerk Abschied (1973) als hoogtepunt. Maar gemakkelijk ging het niet. Een componist moest ‘nee’ kunnen zeggen tegen muziek van anderen, zoals Andriessen dat kon, vond De Leeuw: zijn talent voor bewondering zat zijn eigen scheppen in de weg. Toch volgden er door de jaren nog verschillende werken, waarvan vooral Im wunderschönen Monat Mai, een liedcyclus van zeer vrije Schubert- en Schumann-bewerkingen voor de Duitse actrice Barbara Sukowa, veel succes kende.
Als dirigent was De Leeuw autodidact. „Ik werd dirigent uit noodzaak”, zei hij hierover tegen musicologe Thea Derks, wier ongeautoriseerde biografie Reinbert de Leeuw – Mens of melodie in 2014 verscheen.
Reinbert de Leeuw tijdens een repetitie. De Leeuw is op 81-jarige leeftijd overleden. Foto Koen van Weel

Slagtechniek

Zijn slagtechniek was op z’n best onorthodox en soms lastig te volgen. Maar over zijn vermogen diep door te dringen in complexe muziek en zijn musici mee te slepen bestond geen twijfel. Als gastdirigent stond De Leeuw voor grote orkesten in binnen- en buitenland, zoals het Concertgebouworkest en het Los Angeles Philharmonic, en leidde hij producties bij De Nationale Opera.
Wanneer De Leeuw muziek goed vond, schoten superlatieven tekort. Een d in Via crucis van Liszt noemde hij zelfs „de mooiste d in de muziekgeschiedenis”. Naast excentrieke voorlopers als Satie en de late Liszt waren De Leeuws helden vooral twintigste-eeuwers: Ives, Messiaen, Kagel, Vivier, Ligeti, Kurtág. Voor velen van hen was hij als monomane muziekvorser een ideale interpreet. Voor voormalige Sovjet-componisten als Sofia Goebaidoelina en Galina Oestvolskaja vormden De Leeuws inspanningen een belangrijke katalysator bij hun doorbraak in het Westen.
De Leeuws geestdrift deed het ook goed op tv. Hij schoof aan bij De Wereld Draait Door, werd in 2014 geïnterviewd in Zomergasten en maakte met Cherry Duyns de serie componistenportretten ‘Toonmeesters. Een privéleven had De Leeuw amper. Verschillende vrienden en collega’s zeggen het zo, in Derks’ biografie: De Leeuw was „getrouwd met de muziek”. De Leeuw gaf zijn laatste concert op 12 januari jongstleden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten