Zaha
Hadid, die donderdag in een ziekenhuis in Miami op 65-jarige leeftijd
overleed aan een hartaanval, was veruit de beroemdste vrouwelijke
architect ter wereld.
Zaha Hadid, die donderdag in een ziekenhuis in Miami op 65-jarige
leeftijd overleed aan een hartaanval, was veruit de beroemdste
vrouwelijke architect ter wereld. In 2004 won Hadid, als enige vrouw tot
nu toe, de Pritzker Prize, de zelfbenoemde Nobelprijs voor architectuur
die sinds 1979 jaarlijks wordt uitgereikt.
Toen ze in 2004 de Pritzker Prize kreeg uitgereikt, was haar gebouwde oeuvre nog bescheiden. Tot lang na haar afstuderen in 1977 aan de Architectural Association in Londen was de in Bagdad geboren en getogen Hadid een ‘papieren architect’ die bekend werd door haar mooie composities vol fragmentarische en hoekige vormen. Eén daarvan was een ontwerp voor de uitbreiding van het gebouwencomplex van de Tweede Kamer in Den Haag, waar ze als medewerkster van het Office for Metropolitan Architecture van Rem Koolhaas in 1978 een bijdrage aan leverde.
Een jaar later begon Hadid in Londen haar eigen bureau. Ze won verschillende internationale prijsvragen die allemaal ongebouwd bleven maar haar in architectuurkringen bekend maakten. In 1988 werd ze daarom uitverkoren voor de tentoonstelling Deconstructivist Architecture in het Museum of Modern Architecture (MoMA) in New York, de roemruchte (en mislukte) poging om het deconstructivisme te lanceren als de nieuwe international style. Van alle zes in fragmentarische architectuur excellerende deconstructivisten in het MoMA, onder wie Rem Koolhaas en Frank Gehry, toonde Hadid zich toen het meest beïnvloed door het Russische constructivisme, de Sovjetvariant van het Nieuwe Bouwen uit de jaren twintig. In sommige ontwerpen doken zelfs letterlijke citaten op uit het werk van de suprematistische schilder Kazimir Malevitsj.
Als haar eerste gebouw noemde Hadid zelf altijd de brandweerkazerne uit 1993 op het fabrieksterrein van meubelfabrikant Vitra in het Zwitserse Weil am Rhein. Maar al drie jaar eerder had ze een van de paviljoens gebouwd voor What A Wonderful World!, de tentoonstelling over videoclips in Groningen, waarvoor de toenmalige directeur van het Groninger Museum, Frans Haks, de architecten van Deconstructivist Architecture had gevraagd om bijdragen. Hadids paviljoen is na de tentoonstelling wederopgebouwd op een dijk langs de Eems in Appingedam.
Op de brandweerkazerne van Vitra, een onvervalst deconstructivistisch ’treinongelukken’-gebouw, volgde een stroom opdrachten voor steeds grotere gebouwen, zoals een skischans in Innsbruck (2002), het Rosenthal Center for Contemporary Art in Cincinatti, Ohio (2003), en het Centrale Gebouw van de BMW-fabriek in Leipzig (2005).
Zo groeide Zaha Hadid in het begin van de eenentwintigste eeuw uit tot een van de ’stararchitects’ die overal in de wereld, maar vooral in de Golfstaten en China, hun iconen bouwen. Maar anders dan bij sommige andere stararchitects het geval is, beperkte Hadid zich hierbij niet tot een herhaling van dezelfde truc. In de laatste tien jaar van haar leven maakten de fragmentarische vormen van het deconstructivisme steeds vaker plaats voor de welvingen van de computerarchitectuur. Zo bestaat het Heydar Ailyev Cultureel Centrum in Bakoe uit 2013 vooral uit krullen en vouwen.
Toen ze in 2004 de Pritzker Prize kreeg uitgereikt, was haar gebouwde oeuvre nog bescheiden. Tot lang na haar afstuderen in 1977 aan de Architectural Association in Londen was de in Bagdad geboren en getogen Hadid een ‘papieren architect’ die bekend werd door haar mooie composities vol fragmentarische en hoekige vormen. Eén daarvan was een ontwerp voor de uitbreiding van het gebouwencomplex van de Tweede Kamer in Den Haag, waar ze als medewerkster van het Office for Metropolitan Architecture van Rem Koolhaas in 1978 een bijdrage aan leverde.
Een jaar later begon Hadid in Londen haar eigen bureau. Ze won verschillende internationale prijsvragen die allemaal ongebouwd bleven maar haar in architectuurkringen bekend maakten. In 1988 werd ze daarom uitverkoren voor de tentoonstelling Deconstructivist Architecture in het Museum of Modern Architecture (MoMA) in New York, de roemruchte (en mislukte) poging om het deconstructivisme te lanceren als de nieuwe international style. Van alle zes in fragmentarische architectuur excellerende deconstructivisten in het MoMA, onder wie Rem Koolhaas en Frank Gehry, toonde Hadid zich toen het meest beïnvloed door het Russische constructivisme, de Sovjetvariant van het Nieuwe Bouwen uit de jaren twintig. In sommige ontwerpen doken zelfs letterlijke citaten op uit het werk van de suprematistische schilder Kazimir Malevitsj.
Als haar eerste gebouw noemde Hadid zelf altijd de brandweerkazerne uit 1993 op het fabrieksterrein van meubelfabrikant Vitra in het Zwitserse Weil am Rhein. Maar al drie jaar eerder had ze een van de paviljoens gebouwd voor What A Wonderful World!, de tentoonstelling over videoclips in Groningen, waarvoor de toenmalige directeur van het Groninger Museum, Frans Haks, de architecten van Deconstructivist Architecture had gevraagd om bijdragen. Hadids paviljoen is na de tentoonstelling wederopgebouwd op een dijk langs de Eems in Appingedam.
Op de brandweerkazerne van Vitra, een onvervalst deconstructivistisch ’treinongelukken’-gebouw, volgde een stroom opdrachten voor steeds grotere gebouwen, zoals een skischans in Innsbruck (2002), het Rosenthal Center for Contemporary Art in Cincinatti, Ohio (2003), en het Centrale Gebouw van de BMW-fabriek in Leipzig (2005).
Zo groeide Zaha Hadid in het begin van de eenentwintigste eeuw uit tot een van de ’stararchitects’ die overal in de wereld, maar vooral in de Golfstaten en China, hun iconen bouwen. Maar anders dan bij sommige andere stararchitects het geval is, beperkte Hadid zich hierbij niet tot een herhaling van dezelfde truc. In de laatste tien jaar van haar leven maakten de fragmentarische vormen van het deconstructivisme steeds vaker plaats voor de welvingen van de computerarchitectuur. Zo bestaat het Heydar Ailyev Cultureel Centrum in Bakoe uit 2013 vooral uit krullen en vouwen.
De Brits-Iraakse architect Zaha Hadid is donderdag op 65-jarige leeftijd overleden, zo schrijft persbureau AP. Een van de bekendste ontwerpen van haar hand is het London Aquatics Centre, het zwemstadion voor de Olympische Spelen in 2012.
Hadid studeerde wiskunde in Beiroet en architectuur in Londen. Na haar afstuderen werkte ze bij het architectenbureau Office for Metropolitan Architecture van Rem Koolhaas. In 1980 begon ze haar eigen bureau.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten