Een
zondagochtend met uitgestelde huiver. Eerst maar eens ontbeten met de
vredige muziek van ‘Tussen hemel en aarde’. Daarna zeer sterke koffie.
Toen de stukken geprint die ik online had verzameld, voornamelijk uit het Reformatorisch Dagblad. Vervolgens
uit zelfbescherming cantates van Buxtehude opgezet: ‘Membra Jesu
Nostri’. Half uurtje lopen dralen. Dan toch begonnen te lezen over de
Nashville-verklaring, waarmee honderden reformatorische en evangelische
predikanten en voorgangers zich keren tegen homoseksualiteit.
De
taal is ernstig en gedragen: men oordeelt ‘met een verslagen hart en
een gebroken stem, maar op onwrikbare Grond’. Door ruimte te geven aan
homoseksuele liefde en het onderscheid tussen mannen en vrouwen te
relativeren, geeft ‘de westerse en postchristelijke cultuur een nieuwe
invulling aan wat het betekent mens te zijn’. Dit zal ‘vroeg of laat het
menselijk leven ruïneren’, en dus is de kerk geroepen een ‘helder
getuigenis laten horen aan een wereld die op weg lijkt naar de
ondergang’.
Verloochend
Dit
getuigenis – oh, de heilige woorden van de orthodoxie – is komen
overwaaien uit de VS en met een behoorlijke dreun geland in Nederland.
De 14 geloofsartikelen van Nashville, opgesteld door 150 evangelische
leiders en in Amerika ondertekend door 22.000 anderen, beschrijven
homoseksualiteit als een ‘bewuste positionering’ en wijzen erop dat
‘zondige verlangens gedood kunnen worden’. Verder zijn de
geslachtsorganen ‘integraal onderdeel van Gods doel voor ons
zelfverstaan als mannelijk of vrouwelijk’, het ‘transgender
zelfverstaan’ moet daarom worden ‘verloochend’.
De
Nederlandse ondertekenaars, allen onwankelbaar mannelijk, voegen er in
een ‘pastoraal nawoord’ aan toe dat ‘onze identiteit niet ligt in onze
seksualiteit’. Intussen wijst de hele verklaring precies op het
tegendeel: een totale fixatie op het tussenbeense. Het complete menszijn
wordt eraan opgehangen. Nu zou je kunnen zeggen: laat ze, iedereen
heeft het recht op zijn eigen fixatie, en het is geen nieuws dat in
behoudende kring zo wordt gedacht.
Mannenbroeders
Daar
zit iets in, maar dat neemt niet weg dat het gesprek over geloof en
seksualiteit nu dreigt te worden bepaald door het oordeel van Nashville.
Homo’s en transgenders in strikte kerken worden erdoor in het nauw
gebracht, degenen die zich inzetten voor openheid in de verdediging
gedrongen. En die mensen zijn er: predikant Willem Smouter bijvoorbeeld,
Nederlands-gereformeerd, riep meteen via Twitter: “Geloof dit niet! Wat je identiteit ook is, man of vrouw, jood of heiden, homo of hetero, je bent welkom in Gods huis.”
De
remonstranten baarden een paar jaar geleden opzien door posters met
vrolijke teksten als ‘Mijn God trouwt ook homo’s’. Dat leidde her en der
tot de niet-onterechte reactie dat hun God wel verdacht veel op henzelf
leek. Maar het is onvermijdelijk dat de God in wie wij verkiezen te
geloven, bekende trekken zal vertonen. De mannenbroeders die zich achter
Nashville scharen, vertellen via hun beeld van de Allerhoogste veel
over zichzelf.
Drie keer per week
schrijft Stevo Akkerman een column waarin hij de ‘keiharde nuance’ en
het ‘onverbiddelijke enerzijds-anderzijds’ preekt. Lees meer op trouw.nl/stevoakkerman.
Lees ook
Orthodox anti-homo-manifest krijgt kritiek van politici en protestanten
Homoseksualiteit
was, zacht gezegd, altijd al een zwaar beladen onderwerp in de
orthodoxe hoek van het protestantisme, maar daar is dit weekeinde nog eens een flinke schep bovenop gedaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten