Elma Drayer
Zo
bont als een paar jaar geleden maken ze het gelukkig niet meer. Toen
stonden de kranten in de aanloop naar een nieuw seizoen van VPRO’s Zomergasten vol
met bloedserieuze voorbeschouwingen, profielen van de genode gasten en
interviews met de presentator van dienst. Na elke aflevering volgden
uitgebreide recensies, bij voorkeur gelardeerd met bijdehante
kijkerstweets. De kwaliteit van de presentator, het onderhoudend gehalte
van de gast, de onderlinge chemie, de fragmentkeuze, het decor, de
kijkcijfers – werkelijk elk aspect werd de moeite van een diepgravende
analyse waard geacht. Begrijpelijk bij een nog altijd uniek programma,
dat bovendien midden in de (doorgaans) nieuwsarme weken op tv komt. Maar
een tikje hysterisch was al die aandacht naar mijn smaak wel.
Voor
zover ik kan overzien is dat tijdperk nu zo goed als voorbij. Het enige
wat ervan rest zijn de nabeschouwingen. Ook dit seizoen – het 32ste,
als ik me niet vertel – laten tv-recensenten ons met haast roerend
plichtsbesef daags na de uitzending weten wat ze ervan vonden.
Zelf
kon ik vanwege dringender besognes afgelopen zondag niet kijken, maar
uit die stukjes begreep ik dat zich bij de tweede zomergast van deze
reeks een klein mirakel had voltrokken. Ondanks aandringen van
presentator Janine Abbring weigerde strafrechtadvocaat Inez Weski vragen
te beantwoorden over haar privéleven, emoties of persoonlijke
drijfveren.
Hoe ongebruikelijk dat was bleek alleen al uit de koppen die de recensies meekregen. ‘De kunst van het zwijgen’, zette De Groene Amsterdammer erboven. ‘Een genadeloos college over de kunst van het zwijgen’, schreef uw krant op de website. NRC:
‘Zomergast Inez Weski verheft zwijgen over privédingen tot kunst’. Ook
liet geen recensent onvermeld dat Weski uiteindelijk toch één
onthullinkje deed: haar familiebetrekkingen met de beroemde beeldhouwer
Ossip Zadkine, die een Joodse vader had. In de meeste besprekingen klonk
overigens respect door voor Weski’s onmededeelzaamheid. Alleen de
recensent van Het Parool (‘Op zichzelf hoeft een zomergast zijn
of haar zielenroerselen niet prijs te geven’) noemde het feit dat zij
‘zelfs’ niet wilde vertellen welke boeken ze haar kleinkinderen
voorleest ‘irritant’.
Hoe
dan ook was mijn sympathie voor Weski gewekt, dus ik keek terug.
Tjonge, wat een verademing! Eindelijk iemand die hardop zegt dat haar
privéleven de buitenwereld geen donder aangaat.
Als
iets immers dit therapeutische tijdsgewricht kenmerkt dan wel de
gretigheid waarmee min of meer bekende Nederlanders intimiteiten in de
openbaarheid gooien. Lees, zie of beluister een interview met een
willekeurige schrijver, acteur of tv-persoonlijkheid. Heel zelden gaat
het gesprek over hun vak of over hun opvattingen. Over dooie moeders,
afwezige vaders, jeugdpesterijen, eetstoornissen, burn-outs, lastige
exen en akelige ziekten kom je daarentegen alles te weten. Dikwijls,
valt mij op, gaat een en ander gepaard met de rechtvaardiging dat het
hier een ‘taboe’ betreft dat hoognodig doorbreking verdient. Onzin,
natuurlijk. Het zijn tegenslagen die iederéén kunnen treffen. Hoezo zou
je daar in hemelsnaam heel Nederland mee lastigvallen?
Het oeverloos delen van intimiteiten taboe verklaren – dat is pas echt een taboe. Een taboe om voortaan te koesteren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten