De prehistorische Europeaan gebruikte al kruiden om het eten smakelijker
te maken. Dat blijkt uit onderzoek naar oude kookpotten, die sporen van
de plant look-zonder-look bevatten. Het onderzoek verschijnt in het wetenschappelijke tijdschrift PLOS ONE.
De onderzoekers, onder andere afkomstig van de universiteit van York in Groot-Brittannië, onderzochten kookpotten uit de Baltische staten van ongeveer 7000 jaar oud. Binnenin deze potten vonden ze afzettingen van zaden, die sterk leken op het zaad van look-zonder-look.
Aangezien deze plant weinig voedingswaarde heeft én de pot ook sporen van vis- en vleesresten bevatte, concluderen de onderzoekers dat de look-zonder-look als specerij gebruikt werd en niet als hoofdbestanddeel van de maaltijd.
Oosterse specerijen
Het is niet voor het eerst dat prehistorische mensen kruiden blijken te gebruiken. Maar eerdere ontdekkingen werden gedaan in China en India, waar specerijen van nature groeien. Dat ook de Europese oermens geen genoegen nam met smakeloze spijzen is echter nieuw.
Ook is de ontdekking van zaden van de plant bijzonder. In potten vergaan deze resten namelijk snel - in tegenstelling tot de hardere specerijen zoals peper of kaneel. Dat met de afzettingen oude zaadresten herkend worden, kan ervoor zorgen dat de toekomst meer kruidengebruik onthult.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten