Filosofisch ElftalVrijheid van meningsuiting
Boekhandelaars beroepen zich op de vrijheid van meningsuiting: hebben ze daarmee gelijk?
In het Filosofisch Elftal legt Trouw een actuele vraag voor aan twee filosofen uit een poule van elf. Deze week: In een paar boekhandels staat sinds deze week een tijdschrift op de planken dat desinformatie en complottheorieën verspreidt. De boekhandelaars beroepen zich op de vrijheid van meningsuiting. Maar hebben ze daarmee het gelijk aan hun kant?
Ontkomen aan complottheorieën over het coronavirus was al lastig: sociale media staan er vol mee en ze vallen ongevraagd op de deurmat. Maar sinds gisteren staan ze zelfs op de plank bij boekhandels. AKO en Bruna bieden het tijdschrift Gezond verstand aan. Het blad stelt onder andere dat Covid-19 slechts een griep is die door buitenlandse machtshebbers wordt misbruikt om Nederland meer in hun macht te krijgen. Ook van andere complottheorieën is het tijdschrift niet vies. Zo noemt het de klimaatopwarming door menselijk handelen ‘een mythe’, geeft het een alternatieve kijk op 9/11 en ontkent het de moordpoging op de Russische oppositieleider Aleksej Navalny.
Bij complottheorieën is er sprake van een spanning tussen vrijheid van meningsuiting en de verspreiding van – mogelijk zeer gevaarlijke – desinformatie. Hoe om te gaan met die spanning? En is het kwalijk als boekhandelaars zo’n blad aanbieden?
“Dit blaadje aanbieden lijkt me op zichzelf niet zo’n probleem”, zegt Paul van Tongeren, emeritus-hoogleraar ethiek in Nijmegen en Leuven. “De algoritmes op sociale media die ons als het ware vastbinden aan wat we eerder gezien en gehoord hebben, zijn veel gevaarlijker. Daardoor komen mensen steeds verder in een tunnelvisie terecht. Een tijdschrift moet je nog bewust oppakken en gaan lezen. Een verantwoordelijke boekhandelaar verkoopt geen lectuur waarvan je kan vermoeden dat die een schadelijke invloed heeft op het gezond verstand. Maar om te zeggen dat hij of zij zich schuldig maakt ten opzichte van plichten jegens klanten gaat mij te ver. De eigen verantwoordelijkheid van klanten kan niet weggenomen worden. Het laat denk ik eerder iets zien over de boekhandelaar in kwestie. Als die alles verkoopt wat verkoopbaar is, toont die dat zijn hoogste waarde de verkoopcijfers zijn, in plaats van een betrouwbaar aanbod of een goede smaak.”
Goedgepraat
“Zo’n boekhandelaar draagt er anders wel aan bij dat schadelijk gedachtegoed verder verspreid en genormaliseerd wordt”, reageert Fleur Jongepier, docent toegepaste ethiek en onderzoeker aan de Radboud Universiteit. “En dat zorgt er weer voor dat de samenleving verder polariseert. Dat is nogal wat. Vaak wordt dit soort gedrag goedgepraat door te wijzen op de vrijheid van meningsuiting, wat de AKO en Bruna nu ook doen: de meningen in dit tijdschrift zijn niet verboden, dus we kunnen ze verkopen en we moeten ook het complotdenkende publiek bedienen. Maar het feit dat er vrijheid van meningsuiting bestaat, betekent nog niet dat je ook ruimte moet geven aan alle meningen. Je hebt als boekhandelaar op geen enkele manier de plicht om complottheorieën op de plank te zetten. Daarnaast: als iets juridisch is toegestaan, betekent dat nog niet dat het ook moreel te verantwoorden valt. Op basis van de vrijheid van meningsuiting die wij als consumenten en burgers hebben, hebben we een heel goede reden om deze boekhandels sterk te veroordelen en zelfs te boycotten, omdat ze onjuiste feiten verspreiden die schadelijk zijn voor de samenleving als geheel.”
Van Tongeren: “We moeten voorkomen dat we ons blindstaren op feiten in de discussie over desinformatie. Daar zit namelijk het probleem niet. Om complotdenken tegen te gaan, is het van belang onderscheid te maken tussen feiten en betekenis. Dat zijn twee verschillende aspecten van dezelfde gebeurtenis. Neem de huidige pandemie. Een feitelijk aspect daarvan is dat de besmettingscijfers toenemen. Maar die cijfers hebben op zichzelf nog geen betekenis. Pas door ze te interpreteren, bijvoorbeeld als symptoom van iets gevaarlijks, krijgen ze betekenis. De onenigheid tussen complotdenkers en andere mensen zit in de betekenis die in de gebeurtenis ervaren wordt. Complotdenkers genees je niet door de feiten te laten zien. Als iemand denkt dat het neerzetten van 5G-masten en de uitbraak van corona met elkaar te maken hebben, heeft het geen zin om te zeggen dat dit enkel toevallig tegelijkertijd plaatsvond. Je moet kijken welke interpretaties, welke waarderingen achter die opvatting zitten, bijvoorbeeld angst voor de techniek. Daarover kun je dan samen in gesprek gaan: hoe wordt die angst gevoeld? Hoe kun je je daartegen beschermen?
Discussie over de feiten
“Een mooi voorbeeld hiervan is hoe ic-arts Diederik Gommers in gesprek ging met influencer Famke Louise, nadat zij had gezegd zich niet meer aan de coronaregels te houden. Hij ging niet met haar in discussie over de feiten, maar probeerde erachter te komen waarom ze bepaalde regels zo erg vond. Door in te gaan op de interpretatie die iemand heeft van een bepaalde zaak, kun je echt iets veranderen.”
Jongepier: “Filosoof Quassim Cassam waarschuwt in zijn boek ‘Conspiracy theories’ juist voor het psychologiseren en individualiseren van complotdenkers. Hij wijst erop dat complotdenken vaak samenhangt met politieke ideologie, en dat we de oplossing dus ook niet moeten zoeken op individueel maar op politiek niveau. Het geloof in complottheorieën staat niet op zichzelf, maar hangt samen met een bredere kijk op de wereld. Als naar dat bredere verhaal niet gekeken wordt, kunnen complottheorieën niet ontwricht worden.
“Bij mensen die er complottheorieën op nahouden, moeten we ons afvragen: wat hebben zij eraan, politiek of anderszins, om die theorieën te verdedigen? Wat motiveert hen ideologisch gezien? Zo zijn er groepen mensen die zich door politieke beslissingen, zoals langdurige bezuinigingen, niet gehoord voelen in de maatschappij. Daarnaast zijn er conservatieve politieke leiders die zich richten op deze onzekere, boze burgers – zo duikt Thierry Baudet op bij demonstraties van complotdenkers. Beide groepen hebben politieke redenen om zich te verbinden aan een complottheorie. De neiging om met individuen in gesprek te gaan is groot, maar als het een politiek probleem is dat politici complottheorieën opkloppen en gebruiken als propaganda, moeten we dáár kritisch naar kijken. Bijvoorbeeld door duidelijk te maken dat je als politicus complottheorieën kunt bekritiseren, zonder je ogen te sluiten voor overheidsfalen.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten