Hanna Bervoets had haar fragmenten al een paar jaar klaar liggen. Met die kleine onthulling begon Janine Abbring de tweede aflevering van Zomergasten. Bervoets leek zich even betrapt te voelen en wilde niet precies zeggen wat er dan al klaar lag.
Het was een dynamiek die vaker zou
terugkeren: Bervoets had de avond duidelijk nauwkeurig voorbereid en
hield de regie stevig in handen. Abbring deed soms pogingen tot
ontregelen en verrassen, maar die haalden weinig uit. Pas tegen het eind
van de uitzending leken ze wat meer van het script af te wijken en
nader tot elkaar te komen.
Bervoets is een zeer productieve en
gedisciplineerde schrijver met een oeuvre dat steeds experimenteler
wordt. Tot vorig jaar schreef zij tevens in deze rubriek tv-recensies,
waardoor ze de opmerkelijke (en tot dusver unieke) promotie maakte van
Zomergastenrecensent naar Zomergast.
Haar voorliefde voor sciencefiction, technologie en wetenschap, te lezen in de boeken Ivanov, Fuzzie, Efter, Alles wat er was en Welkom in het Rijk der zieken, keerde zondag meermaals terug in fragmenten uit onder meer Jurassic Park, de serie The Leftovers en de documentaire Dark Net.
Maar het ware weefsel van de avond was de
ontleding van verhalen. Bervoets analyseert graag wat ze ziet, wat haar
tot een uitstekende, hoewel wat afstandelijke, Zomergast maakt. Bij
vrijwel alle fragmenten begon Bervoets meteen vanuit een metaperspectief
of een makersbril te praten.
Toen ze bij een scene uit Jurassic Park net wat interessants wilde zeggen over een techniek van Steven Spielberg (ik vermoed: dat hij zowel bij Jaws als Jurassic Park
eerst de reacties van de mensen op ‘het monster’ laat zien en dan pas
het monster) greep Abbring in en vroeg: ‘Wacht even, wat vond je er als
kind van?’
‘Dino’s!’, zei Bervoets lacherig.
Stomp in de maag
Ze begon de avond met een stomp in de
maag: beelden van walrussen die van een klif naar beneden storten, een
scène uit de BBC-productie Our Planet. Natuurdocumentaires
verraden onze hang naar verhalen, zei ze. De kijker ziet geen kale
registratie, maar een keten van oorzaak en gevolg.
Een verhaal, in dit geval, van ijs dat
zich terugtrekt en als ultieme consequentie walrussen die hun dood
tegemoet springen, in slowmotion. Uit wanhoop, zei David Attenborough
tweemaal, maar daar twijfelde Bervoets aan. ‘Elk verhaal is
manipulatie’, zei ze, en dat bedoelde ze niet negatief.
Ze houdt ook van reality-tv vanwege de opzichtige manipulatie. In een fragment uit Expeditie Robinson
was te zien hoe de stugge militair Gwenda niet doorheeft hoe de rest
van de groep tegen haar samenspant en haar weg zal stemmen. Bervoets:
‘Dit is het schoolplein wat we zien.’
Dat leidde tot een paar interessante
reflecties op het casten van archetypes in zo’n programma. De stugge man
of vrouw zit er altijd in, zei Bervoets, die schatte dat ze in totaal
zo’n 250 uur aan Expeditie Robinson had gezien. En dat stugge
type werd altijd weggestuurd, omdat de groep hem of haar niet mag,
terwijl het vaak juist nuttige spelers zijn om erbij te hebben.
Daarna volgde een fragment uit Casting JonBenet,
een bijzondere Netflix-documentaire die bestaat uit audities voor een
speelfilm. Die film zou gaan over de waargebeurde (onopgeloste) moord op
het zesjarige meisje JonBenét Ramsey, maar het was nooit de bedoeling
om de film werkelijk te maken.
We zagen een aantal vrouwen, die uit de
buurt komen waar de moord is gepleegd, auditie doen voor de rol van de
moeder die verdacht werd van de moord op haar dochter. De moeder zou
stress hebben gehad van haar veertigste verjaardag die er bijna aankwam.
Een van de vrouwen die kwam auditeren was boos dat dat gegeven tegen de
moeder werd gebruikt.
De gelaagde metadocumentaire ging volgens Bervoets over het genre true crime
en onze neiging om te speculeren, omdat we willen weten hoe het zit.
Maar het ging vooral over empathie, zei ze. ‘Je ziet hoe die vrouwen hun
eigen leven meenemen in het begrijpen van een ander verhaal.’
Zelf dacht Bervoets dat het broertje de
moord had gepleegd. Abbring paste de analyse over empathie toe op haar
gast, half-ironisch, en zei toen dat Bervoets enig kind was en dáárom
die conclusie trok. Ja, zou kunnen, zei Bervoets gul, en daarna nam ze
de controle weer over.
Popcultuur
Bervoets liet in de keuze voor haar
fragmenten en hoe ze erover praatte een enorm enthousiasme voor
popcultuur zien. Voor de wat oudere VPRO-kijkers waren Céline Dion, Xena: Warrior Princess, Expeditie Robinson en
een Disneyland-suprisevideo wellicht even schrikken, want: niet
highbrow genoeg. Maar Bervoets wist telkens de diepere laag eronder te
laten zien.
Opvallend was ook dat Bervoets geen
morele oordelen wilde vellen. Na een item over een Japanse jongen die
een relatie heeft met het virtuele meisje Rinko, zei Abbring: ‘Ik voel
een beetje medelijden met die jongen, wat voel jij?’
‘Ik ben wel blij voor hem dat hij die Rinko heeft.’
Tot op de dag van vandaag was Bervoets de makers van Xena: Warrior Princess dankbaar
voor de scènes die hintten op een lesbische relatie tussen Xena en
Gabrielle. Een verhouding die de schrijvers aanvankelijk niet zo bedoeld
hadden, maar later wel steeds meer gingen ‘teasen’. Op haar vijftiende
zat Bervoets klaar voor die momenten. Eindelijk iemand op tv zoals zij.
Erkenning
Zo werd het ook een avond die draaide om
‘gezien worden’, de erkenning krijgen dat je er mag zijn. Het grootste
compliment dat een lezer haar kon geven, zei Bervoets aan het eind van
de uitzending, was als hij haar schreef dat hij zich getroost of gezien
voelt door haar boeken. Dat sloot naadloos aan bij een van Abbrings
favoriete Bervoets-zinnen: ‘Liefde is gekend worden.’
Op dat moment ging het gesprek, aan de
hand van een oud interview met schrijver Susan Sontag en een fragment
uit de documentaire De lengte van liefde, over chronisch ziek
zijn. Een onderwerp waar Abbring over mee kan praten omdat ze een aantal
jaar geleden haar rug brak tijdens opnames van Wie is de mol?. Ook Bervoets heeft chronisch pijn vanwege een bindweefselaandoening.
‘Hoe doseer jij je klagen?’ vroeg
Abbring, een vraag waaruit haar eigen ervaring sprak. Het is heel
moeilijk, zei Bervoets, koorddansen. ‘Hoeveel van mijn pijn leg ik bij
mijn vrienden neer, bij mijn partner? Je kunt ook te weinig delen. Maar
als je te veel deelt worden mensen je zat.’
Ze kon van alles niet meer doen, maar ze
had zichzelf wijsgemaakt dat het niet erg was dat ze die dingen niet
meer kon. Een van de vele voorbeelden van ‘de verhalen die we aan
onszelf vertellen om met onszelf te kunnen leven’.
Oók haar ziekte analyseert ze. Ze
wil precies weten wat de oorzaak van haar pijn is, maar dat is vaak
onmogelijk. ‘Het is eindeloos frustrerend als je je lijf niet kunt
doorgronden.’ Geen enkele kijker kon het tegendeel beweren toen ze
daarna zei: ‘Ik wil weten hoe dingen zitten.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten