| | | | | |
|
|
|
Het is warm in de hivemind
is een bundel die alleen nu geschreven had kunnen worden. Het is taal
als het internet zelf: bij vlagen psychedelisch, vol memes, emojis,
reclame en andere zijpaden, met prikkelende passages die de lezer zin
geven verder te scrollen, swipen en surfen. Diaz treedt vér buiten de
gebaande paden van de poëzie met deze bundel, die – compliment – de
poëziewereld ongetwijfeld opdeelt in lovers en haters.
En anders dan de snoep-roze cover misschien doet vermoeden: wat een
diepgang! Diaz dicht over de problematische verhouding die jonge meisjes
en vrouwen met hun lichaam hebben, over het gebrek aan contact, over de
te voeren oorlog tegen de dominantie van heteromannen in de literatuur.
De bundel bulkt daarbij van referenties, zowel aan de popcultuur als
aan dichters als Allen Ginsberg, Sylvia Plath en Virginia Woolf. |
|
|
| | |
|
Maxime Garcia Diaz is Nederlands en Uruguayaans en studeerde Cultural Analysis aan de Universiteit van Amsterdam. In 2019 won ze het NK Poetry Slam. In 2020 kwam haar chapbook Artificielle uit bij het label Marktcorruptie en werkte ze met andere jonge schrijvers aan de voorstelling Poetic Resistance. |
|
|
| | | | | |
|
|
|
Ferdy Karto is een dichter die “I love taal” op de borstkas getatoeëerd heeft staan. Het lezen van Het firmament tussendoor
is dan ook een overrompelende ervaring. Gedichten hebben een bijna
fysieke uitwerking. Met legio verwijzingen naar de mythologie, een mix
van archaïsche woorden en een trits aan neologismen en typografische
spielereien spat het taalplezier van de pagina’s. Zijn muzikale
gedichten vol klankspel ratelen en knetteren, zonder daarbij uit de
bocht te vliegen. Zinsconstructies die tegen het onmogelijke aan
schurken, leggen een enorme taalgevoeligheid bloot, gevat in een
consequent doorgevoerde vorm. Hier is een dichter aan het woord met een
volslagen eigen stem die staat als een huis. Voor poëzieliefhebbers is
het te hopen dat de uitgever door deze nominatie wordt aangemoedigd om
de bundel wat breder te verspreiden dan in deze genummerde eerste oplage
van zeventig exemplaren. |
|
|
| | |
|
Ferdy
Karto kende een opvoeding waar verbeelding en spel ruimte kregen.
Beelden, verhalen en muziek waren net zo aanwezig als het Limburgse
landschap. Hij is ruim 15 jaar theater- en filmmaker, publiceerde korte
verhalen en toneelstukken, en het kinderboek De Kroepoekmummie, waarin verwondering en spel een grote rol spelen. |
|
|
| | | | | |
|
|
|
Oeverloos
is het hoogstpersoonlijke poëziedebuut van een dichter die al goed weet
hoe haar stem klinkt. Met zelfverzekerde eigenheid ontvouwt Nisrine
Mbarki een wereld waarin een moeder en haar kind hun perspectief geven
op leven en lijden in de 21e eeuw. Nederlands versmelt met Engels,
Arabisch en Frans tot een taal die ritmisch zingt en danst. De bundel
zeilt moeiteloos van aangeharkte geveltuintjes naar scheefgebouwde
minaretten. Hier spreekt een dichter die zich onderscheidt, die nuchter
verhaalt over haar afkomst en op natuurlijke wijze alle facetten van
haar veelkleurige identiteit over het voetlicht brengt. De kracht van de
bundel ligt in de veelheid, de rijkdom van beelden en vooral in het
willen vertellen van de dichter. Juist vanwege de zorgvuldige en secure
opeenstapeling van beelden is het lezen van Oeverloos een lucide ervaring. Een langverwacht debuut, dat die verwachtingen zonder meer waarmaakt. |
|
|
| | |
|
Nisrine
Mbarki is een veelzijdig schrijver, dichter, columnist en vertaler. Ze
is programmamaker voor Winternachten, redactielid van Poëziekrant,
jurylid van de Grote Poëzieprijs en de Jan Campert-prijs. Ze schrijft
poëzie, theaterteksten en korte verhalen. Als literair vertaler vertaalt
ze poëzie uit het Arabisch naar het Nederlands. |
|
|
| | | | | |
|
|
|
Esohe
Weyden wordt sinds zij vorig jaar de Belgische Nationale feestdag
opende met een gedicht wel de Vlaamse Amanda Gorman genoemd. Wat ze niet
is. Weyden is een dichteres met een heel eigen poëtica en verhaal. Het
is verfrissend dat een tweeëntwintigjarige met roots in de slam poetry
haar gedichten eens niet in maatschappelijke potgrond heeft geplant,
maar ze laat ontspruiten vanuit de taal. Zelf noemt Weyden haar
gedichten ‘performances op papier’, wat ze voelbaar ook zijn.
Herhalingen en binnenrijm krijgen vrij spel: geen hoofdletters, geen
interpunctie, geen metrum. De strofen ondersteunen de performance; bij
elke witregel valt een adempauze. Tussentaal
is een zelfportret met kleuren, twijfels, dromen, hersenkronkels, taal
en muziek als bouwstenen. De gevoelens zijn doorleefd en kristalhelder,
vastgelegd in ontegenzeggelijk hedendaags taalgebruik. |
|
|
| | |
|
Esohe
Weyden is spoken word-dichter en presentator. Ze is de campusdichter
van Universiteit Antwerpen, waar ze masterstudent Rechten is. Ze bracht
haar poëzie al op de meest uiteenlopende planken, van klassieke podia
als Arenberg en Vooruit en festivals als de Gentse Feesten en Pukkelpop
tot op het burgerlijke defilé van de Nationale Feestdag van België. |
|
|
| | | | | | | |
|
|
|
In
de C. Buddingh’-Online leesclub krijgen poëzieliefhebbers ook dit jaar
een uitgelezen kans om het werk van de opvallendste nieuwe stemmen in de
Nederlandstalige poëzie beter te leren kennen. Onder leiding van
dichter Ingmar Heytze duiken deelnemers in vier online sessies diep in
de genomineerde bundels. Elke avond schuiven de dichters zelf aan om
vragen te beantwoorden. De serie vindt plaats op maandag 9, 16, 23 en 30
mei, van 19:30 – 21:00 uur. Er is plek voor 15 lezers, deelname kost €
85,-. Koop hier alvast je ticket! |
|
|
| | | | |
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten