even (3 weken) in Nieuw Zeeland / 3 weeks (only!) in New Zealand / 3 semaines seulement (hélàs!) en Nouvelle Zélande!.... en dan / nu alles en nog wat / des choses et d'autres ensuite / allerlei dann bzw. jetzt / other things which now matter (to me!)
donderdag 28 november 2019
Uurtje Kunst Kees Verwey
Kees Verwey (1900-1995) liet zich al
vanaf jonge leeftijd inspireren door het werk van andere kunstenaars.
Hij kwam in aanraking met George Breitner, Floris Verster en met het
werk van Frans (post)impressionisten en de Cobra-beweging. Op latere
leeftijd inspireerden kubisten als Pablo Picasso en George Braque hem
tot het experimenteren met abstracte schilderkunst.
Verwey werd geboren in Haarlem, in een familie van schilders, dichters en architecten, en geldt als een ware vertegenwoordiger van de school van de klassieken, maar met een eigen 'twist'. Zijn thema's bestaan uit kleur en vorm, bloemen en verval, vrouwen, objecten en materie, allen geschilderd in zijn studio aan het Spaarne onder constant wisselende lichtval en sfeer.
Verwey werd geboren in Haarlem, in een familie van schilders, dichters en architecten, en geldt als een ware vertegenwoordiger van de school van de klassieken, maar met een eigen 'twist'. Zijn thema's bestaan uit kleur en vorm, bloemen en verval, vrouwen, objecten en materie, allen geschilderd in zijn studio aan het Spaarne onder constant wisselende lichtval en sfeer.
Waar & wanneer
zo 29 dec | 15:00 | Centrale Bibliotheek |
Jules Deelder als Rotterdams Erfgoed
| ||
|
dinsdag 26 november 2019
‘Je zult je handen eraan vol hebben’, zei Leonard Cohen tegen zoon en producent Adam over zijn nieuwe plaat
Je zult je handen er vol aan hebben, jongen
- Zanger Leonard Cohen tegen zijn zoon Adam, die beloofde het postume album Thanks for the Dance te produceren. Cohen overleed op 7 november 2016.
Drie jaar na zijn dood is het postume studioalbum uitgekomen van Leonard Cohen.
Een plaat die niemand zag aankomen, behalve de Canadese zanger zelf en
zijn zoon Adam. De beste producer is Adam naar eigen zeggen geenszins,
toch liet Cohen hem de plaat maken. Omdat de zoon precies aanvoelt hoe
hij de dingen wilde hebben.
In de vroege zomer van 2016 lieten
Leonard Cohen (81) en zijn zoon Adam (44) zich in Cohens huis in
Mid-Wilshire, Los Angeles, meevoeren door wat Cohen de ‘mystical wind’ van hun inspiratie noemde. Leonard schreef, droeg voor en zong. Adam hielp, voor het eerst, als opnameleider en producer.
Tussen de opnamen door sloeg de oude, broze man soms even zijn arm om zijn zoon heen. ‘We’re the Cohen boys,’ zei hij dan grijnzend. ‘We gaan samen nog tien albums maken.’
Adam grijnsde met hem mee, maar
ondertussen wisten ze allebei wel beter. De oude Cohen werd zwakker,
zijn gezondheid holde achteruit door de oprukkende leukemie in zijn
lichaam. Ze waren zijn afscheidsalbum aan het opnemen – en ze wisten
het.
Leonard benoemde het niet, maar hij zong het wel: ‘I’m leaving the table/ I’m out of the game.’ En: ‘I’m ready, my Lord.’
Het bloedstollend mooie album You Want It Darker
verscheen op 21 oktober 2016. Negentien dagen later, op 7 november,
maakte Leonard Cohen een ongelukkige val in zijn woning die de laatste
krachten uit zijn lijf wrong. Hij stierf later die avond in zijn slaap,
anderhalve maand na zijn 82ste verjaardag.
De volgende dag won Donald Trump de
presidentsverkiezingen. Ze deelden de voorpagina’s: Trump en Cohen, de
Canadese dichter, songschrijver en zanger van Suzanne en So Long, Marianne (1967) en natuurlijk het zowat aan gort gecoverde Hallelujah (1984). Zijn laatste acht jaren waren in bijna elk opzicht de meest succesvolle van zijn leven.
Ruim drie jaar later. Adam Cohen, nu 47, is in Berlijn om te vertellen over Thanks For The Dance,
het postume studioalbum van zijn vader dat bijna niemand zag aankomen.
Niemand, behalve de ‘Cohen boys’ zelf. Adam (qua uiterlijk een kruising
tussen zijn vader en talkshowpresentator Jimmy Fallon) voltooide het
prachtige, volwaardige album, al is het kort: negen songs, 29 minuten.
‘In 2016 werd al snel duidelijk dat You Want It Darker een
donkere plaat zou worden over God, afscheid en de dood. De songs die
aan die thema’s raakten, kregen voorrang. De andere helft van de songs
was sensueler, romantischer, erotischer. Voluptueuzer. Die vormen nu Thanks For The Dance.’
Leonard koos de albumtitel nog zelf.
Zingen en aan de muziek werken kon hij na de voltooiing van zijn
zwanenzang niet meer, maar hij bleef wel schrijven. Zijn laatste worp
gedichten, schrijfsels en tekeningen moesten nog worden samengebracht in
een boek dat The Flame moest gaan heten. Het was zijn laatste artistieke project.
Voltooiing van de laatste worp songs zat
er niet meer in. Pal voor zijn dood gaf hij Adam de instructie het
karwei af te maken. De vraag hóe zijn vader dat precies zei, lijkt hem
te overvallen.
‘You’re gonna have your hands full, kid,’ zegt hij, na een korte stilte. Je zult je handen eraan vol hebben, jong. ‘Zo zei hij het.’
Zeven maanden na zijn vaders dood trok
hij zich met de opnamen terug in een tot studio omgebouwde garage bij
Leonards huis. Vaak waren het kale opnamen van zijn vaders stem:
Leonard, praatzingend, voordragend, zonder muziek. Andere songs waren
spaarzaam opgetuigde demo’s, met basale muzikale begeleiding.
‘Toen ik zijn stem weer hoorde, was het alsof hij tegen me sprak, alsof we weer een conversatie hadden in de studio.’
Viel het hem zwaar?
‘Nee, het was makkelijk. Echt heel
makkelijk. Dat hij me bij de opnamen wilden hebben als producer, was
niet omdat ik nou zo’n geweldige producer of albummaker ben. Dat ben ik
niet. Hij vroeg me omdat ik precies aanvoel hoe hij dingen hebben wil.
Bij alles wat ik deed, hóórde ik hem zijn goedkeuring of juist afkeuring
uitspreken. Ik wist precies wat me te doen stond.’
Hij haalde onder anderen Javier Mas
erbij, de Spaanse gitarist uit de begeleidingsband waarmee Cohen de
laatste acht jaar van zijn leven eindeloos op tournee was. Mas luisterde
naar die majestueuze stem en moest huilen: hij had niet verwacht
Leonard nog eens te begeleiden.
Adam Cohen werd grootgebracht door
zijn moeder, Suzanne Elrod, die hem na haar scheiding van Leonard een
tijd meenam naar Cohens huis op het Griekse eiland Hydra, waar Leonard
in de jaren zestig twee romans schreef, maar ook een groot aantal
liedjes die de start van zijn tweede carrière markeerden: als
singer-songwriter.
Ook Adam werd muzikant. Tussen 1998 en
2014 bracht hij vier soloalbums uit (de labels stonden voor hem in de
rij), maar een doorbraak bleef uit. Het frustreerde hem, maar inmiddels
heeft hij er vrede mee: ‘Ik was niet goed genoeg.’
Een van zijn soloplaten werd geproduceerd
door de ervaren rot Patrick Leonard, die hij aan zijn vader koppelde
toen die in 2012 zijn eerste album in acht jaar wilde maken. Dat werd Old Ideas, het eerste paneel van een majestueus drieluik in de herfst van Cohens leven. Patrick Leonard produceerde ook Popular Problems (2014) en een deel van You Want It Darker (2016), de plaat waarop Adam de fakkel als producer een beetje overnam. Het voltooien van Thanks For The Dance liet Leonard helemaal aan Adam Cohen.
‘Ik viel zowat van mijn stoel toen mijn
vader met Patrick Leonard ging werken. De oude Cohen die míjn advies
opvolgde, dat was nooit eerder gebeurd. In 2015 haalde hij mij er ook
bij. Patrick gaf me de ruimte. Zo heb ik op de valreep een krap jaar met
mijn vader kunnen werken. Ik hoef je niet uit te leggen hoe waardevol
dat was.’
Leonard had toen al leukemie. Zijn krachten verlieten hem, maar Adam was niettemin diep van hem onder de indruk: zo ‘masterful’, zo ontzettend ‘in command’.
‘Hij kon het huis niet meer uit, noemde
zichzelf een gevangene. Hij zei: het enige dat ik nog heb, is tijd. Die
benutte hij om te schrijven, zijn voordracht en melodieën te oefenen.
Tegen de tijd dat hij voor de microfoon plaatsnam en ik op ‘record’ drukte, had hij het volkomen onder controle en stond het er meestal in één keer op.’
Alles voor zijn kunst, zijn werk, tot het einde toe. ‘I was always working steady, but I never called it art,’ luidt de eerste tekstzin op het album, in Happens To The Heart, zo’n kenmerkend lied waarin Cohen couplet op couplet stapelt. Als gedicht zette hij het vooraan in afscheidsbundel The Flame (2018); als lied opent het daarom Thanks For The Dance.
De glorieuze artistieke eindsprint van
Leonard Cohen begon noodgedwongen. In 2008 ging hij voor het eerst sinds
de vroege jaren negentig weer op tournee, nadat dochter Lorca bij
toeval had ontdekt dat het grootste deel van zijn geld was verdwenen.
Het bleek weggesluisd door Cohens ex-manager Kelley Lynch. Cohen won de
rechtszaak, maar het geld was verdwenen.
De zeventigplusser Cohen palmde de hele
wereld in. Hij was charmant, innemend, geestig. De lange optredens (soms
wel drie uren) waren onvergetelijk. Aan de tournee leek geen eind te
komen.
‘Het waren de succesvolste en misschien
ook wel gelukkigste jaren van zijn leven,’ zegt Adam. ‘Al die mensen die
van zijn werk bleken te houden en vaak ook hun kinderen meenamen, ik
denk dat het verklaart waarom hij weer zo enthousiast begon te schrijven
en platen wilde maken. Hij had het altijd over de ‘strategieën’ die hij
toepaste om het leven het hoofd te bieden. Hij probeerde er veel:
drugs, vrouwen, leermeesters, reizen, medicatie, therapie. Maar
uiteindelijk bleek de effectiefste levensstrategie toch zijn werk te
zijn: schrijven en optreden. Het laatste jaar bleef hij letterlijk leven
voor zijn werk, denk ik. Dat boek en dat album moesten af.
‘Ik denk dat die eindeloze tournee hem
fysiek versleten heeft en in die zin bijgedragen heeft aan zijn
aftakeling, maar het heeft hem vooral veel geluk en plezier gebracht.
Per saldo waren die laatste acht jaren een geschenk uit de hemel. Zonder
de erkenning van het publiek waren die fantastische laatste albums er
ook niet gekomen.’
Eén ding bevreemdde hem: veel mensen
meenden dat de zwaarmoedige, pretentieuze dichter en songschrijver uit
Montreal op zijn oude dag ineens geestig en met veel zelfspot uit de
hoek kwam.
‘Zo was hij altijd al,’ zegt Adam. ‘Hij
heeft soms met depressies geworsteld, maar ik herinner me hem als
warmbloedig, lief, charismatisch en genereus. Hij is er altijd voor ons
geweest, is altijd grappig geweest. Die zelfspot had hij al toen hij 15 was en heeft hem nooit verlaten.’
En toen kwam er toch nog een crisis. Adam beleefde een vliegende start, na twee weken was Thanks For The Dance
voor 90 procent voltooid, maar toen kwam de twijfel over de laatste
puntjes op de i. Had hij het goed gedaan, zoals zijn vader het gewild
had?
Hij besloot artiesten te benaderen die
hij bij zijn vader vond passen: Beck, Feist, Damien Rice en
producer/muzikant Daniel Lanois.
‘Damien Rice zei dat ik naar Berlijn
moest komen, waar hij op het People Festival zou optreden. Veel van de
muzikanten die ik had benaderd, waren daar. Ook Bryce Dessner van The
National, bijvoorbeeld. Dat samenzijn, in augustus 2018, was zo
belangrijk. Ze luisterden, gaven adviezen, praatten me moed in, leverden
muzikale bijdragen. Het beeld van een Joodse begrafenis drong zich op:
ze kwamen respectvol een steentje op Leonards grafzerk leggen. Het is
fijn om juist hier in Berlijn over het album te praten: het kreeg hier
het beslissende duwtje.’
De gastmuzikanten stelden zich dienstbaar
op: je hoort nauwelijks dat ze meedoen. Ze maken zich ondergeschikt aan
de oude meester.
En toen was het klaar: het vijftiende studioalbum van Leonard Cohen. Het is tevens het laatste.
‘Mijn vader was een man van orde, die afmaakte waaraan hij begon. Al zijn laatste schrijfsels zijn gebundeld in The Flame.
Alle nagelaten opnamen zijn nu ook verschenen. Op één na. Dat lied
kreeg ik niet af, het paste niet bij de rest. Misschien komt het er nog
eens van, als los lied. Daarna is de koek echt op.’
De dame van het platenlabel steekt haar
hoofd om de hoek: tijd om af te ronden, laatste vraag. Wat was het
mooiste compliment dat hij ooit van zijn vader kreeg?
Adam Cohen is even stil.
‘Tijdens de opnamen zakte de moed ons
even in de schoenen. Mijn vader was breekbaar. Ik begon aan mezelf te
twijfelen. Ik zei: pa, je hebt een betere producer nodig. Hij zei: nee,
ik heb jou nodig.’
Het gaat slecht met de natuur in Nederland
zaterdag 23 november 2019
vrijdag 22 november 2019
Postuum album van Leonard Cohen verschijnt in november
Pop
Het album ‘Thanks for the Dance’ is samengesteld door zoon Adam Cohen
met hulp van onder anderen muzikanten van The National en Arcade Fire.
Van de eind 2016 overleden Canadese dichter en zanger Leonard
Cohen verschijnt eind november een album met nieuwe nummers. Dat is op zijn website bekendgemaakt.
Het album, Thanks for the Dance getiteld, is samengesteld door zoon Adam Cohen, die zijn vader ook hielp met het produceren van zijn veertiende en laatste album, het in 2016 verschenen You Want It Darker. Het was zijn vaders laatste wens, zegt de jonge Cohen, om de songs die voor dat laatste album afvielen alsnog te voltooien.
Dat heeft Adam Cohen gedaan met diverse artiesten uit de begeleidingsband van zijn vader en met hulp van indiemuzieksterren als Beck, Bryce Dessner van The National, Richard Reed Parry van Arcade Fire en Damien Rice. Daarnaast hebben ook de bekende producers Daniel Lanois en Patrick Watson en het Berlijnse koor Cantus Domus meegewerkt.
Bij het componeren en arrangeren van de muziek bij de al door Cohen ingezongen woorden zijn de samenstellers trouw gebleven aan zijn meest karakteristieke muzikale handtekeningen, zegt zijn zoon Adam. „Wat me het meest aan het album ontroert, is de geschrokken reactie van degenen die het album al hebben gehoord. ‘Leonard leeft!’ krijg ik steeds te horen.”
Op YouTube is al één song van het album te beluisteren, het slechts 1,13 minuut durende ‘The Goal’. Daarin bezingt Cohen zijn sterfelijkheid: „Settling at last / Accounts of the soul / This for the trash / That paid in full.”
In een interview met The New Yorker dat een maand voor zijn dood werd gepubliceerd, betwijfelde de ernstig zieke Cohen of hij zijn laatste songs nog zou kunnen afmaken. „Misschien krijg ik een tweede wind, ik weet het niet”, zei hij. „Ik ben klaar om te sterven.”
In september 2018, twee jaar na zijn dood, verscheen al de bundel The Flame, met de laatste gedichten en teksten van Cohen. Zoon Adam Cohen stelde ook die bundel samen. In een vraaggesprek met The Guardian zei Adam Cohen toen dat zijn vader in de laatste maanden van zijn leven „een man op een zoektocht was, op een missie”.
Het album, Thanks for the Dance getiteld, is samengesteld door zoon Adam Cohen, die zijn vader ook hielp met het produceren van zijn veertiende en laatste album, het in 2016 verschenen You Want It Darker. Het was zijn vaders laatste wens, zegt de jonge Cohen, om de songs die voor dat laatste album afvielen alsnog te voltooien.
Dat heeft Adam Cohen gedaan met diverse artiesten uit de begeleidingsband van zijn vader en met hulp van indiemuzieksterren als Beck, Bryce Dessner van The National, Richard Reed Parry van Arcade Fire en Damien Rice. Daarnaast hebben ook de bekende producers Daniel Lanois en Patrick Watson en het Berlijnse koor Cantus Domus meegewerkt.
Bij het componeren en arrangeren van de muziek bij de al door Cohen ingezongen woorden zijn de samenstellers trouw gebleven aan zijn meest karakteristieke muzikale handtekeningen, zegt zijn zoon Adam. „Wat me het meest aan het album ontroert, is de geschrokken reactie van degenen die het album al hebben gehoord. ‘Leonard leeft!’ krijg ik steeds te horen.”
Op YouTube is al één song van het album te beluisteren, het slechts 1,13 minuut durende ‘The Goal’. Daarin bezingt Cohen zijn sterfelijkheid: „Settling at last / Accounts of the soul / This for the trash / That paid in full.”
In een interview met The New Yorker dat een maand voor zijn dood werd gepubliceerd, betwijfelde de ernstig zieke Cohen of hij zijn laatste songs nog zou kunnen afmaken. „Misschien krijg ik een tweede wind, ik weet het niet”, zei hij. „Ik ben klaar om te sterven.”
In september 2018, twee jaar na zijn dood, verscheen al de bundel The Flame, met de laatste gedichten en teksten van Cohen. Zoon Adam Cohen stelde ook die bundel samen. In een vraaggesprek met The Guardian zei Adam Cohen toen dat zijn vader in de laatste maanden van zijn leven „een man op een zoektocht was, op een missie”.
donderdag 21 november 2019
Hoe Greta Thunberg van getroebleerd kind tot boegbeeld voor het klimaat uitgroeide
- Niemand is te klein om een verschil te maken. Greta Thunberg, inmiddels zestien, is het levende bewijs. Klein van stuk en tenger, een bleek gelaat, het haar gevlochten in onschuld. Een kind nog, een meisje, en met een diagnose op de koop toe. Ze is wit en Zweeds, kan je tegenwerpen. Dus geprivilegieerd. En ze is zelf de eerste om dat toe te geven. “Ik heb nog geluk gehad”, hoor je haar in menig toespraak zeggen.Toch zal geen mens met overtuiging beweren dat Greta de aangewezen kandidaat was om een mondiale klimaatbeweging op gang te brengen.Wie had dat ook kunnen voorzien? Het stille meisje uit Stockholm dat zich bijna onzichtbaar had gemaakt door te stoppen met praten. Te stoppen met eten.Anders dan veel critici willen geloven – ‘dat arme kind is gebrainwasht door haar activistische ouders’ – groeit Greta op in een niet-zo-milieuvriendelijk gezin. Haar moeder Malena Ernman, een gevierd mezzosopraan, is voor haar artiestenbestaan altijd onderweg. Ernmans man, acteur en producent Svante Thunberg, volgt in haar kielzog. Samen vliegen ze van Rome naar Tokio, van New York naar Parijs. Als in 2003 Greta wordt geboren en twee jaar later haar zusje Beata is de beslissing snel genomen: Thunberg wordt huisvader, moeder Ernman zet haar carrière voort.Het zijn goede jaren, schrijft het gezin in het autobiografische ‘Scener ur hjärtat’, scènes uit het hart, in vertaling uitgegeven als ‘Ons huis staat in brand’ (De Bezige Bij, 2019). “We woonden twee maanden in elke stad en daarna gingen we verder naar de volgende. Berlijn, Parijs, Wenen, Amsterdam, Barcelona. Ronde na ronde. De zomers brachten we door in Glyndebourne, Salzburg of Aix-en-Provence, zoals mensen doen die goed opera’s en andere klassieke muziek kunnen zingen. (…) Zo gingen we door. ’s Winters zaten we op de vloer van lichte en mooie woningen van laatnegentiende-eeuwse appartementen met de meisjes te spelen en als de lente aanbrak, slenterden we samen rond in lommerrijke parken.”Maar in 2014 is het geluk van het gezin Ernman-Thunberg op. Het is Greta: het gaat niet goed met haar. “Ze huilde ’s avonds als ze moest gaan slapen”, schrijft Ernman. “Ze huilde onderweg naar school. Ze huilde tijdens de lessen en in de pauzes, en de leraren belden ons bijna elke dag.”
Elk schamel hapje wordt geteld
Greta stopt met praten, later ook met eten. En dat is het moment voor Ernman om een punt te zetten achter haar internationale carrière; op 2 november 2014 zingt ze haar laatste opera in Stockholm.Haar oudste dochter krijgt dan al twee maanden bijna niets meer binnen. Elk schamel hapje wordt geteld: twee stukjes gnocchi, een derde van een banaan. Het gezin loopt de deur plat bij de kinder- en jeugdpsychiatrie, bij het centrum voor eetstoornissen. Na maanden in het duister tasten komt de diagnose: asperger, autisme zonder verstandelijke beperking en een dwangstoornis.Op school kijkt haar klas naar een film over plastic afval in de oceanen, en een plastic eiland in de Stille Zuidzee dat groter is dan Mexico. Greta huilt de hele film lang, maar haar klasgenoten zijn het afvaleiland op de gang alweer vergeten. Ze kon het allemaal niet meer rijmen, schrijft moeder Ernman in Ons huis staat in brand.Als vader Thunberg er een paar dagen met zusje Beata tussenuit is geweest, naar Italië, bijt Greta hem bij thuiskomst toe dat ‘ze precies 2,7 ton CO2 hebben geproduceerd’ en dat dit gelijkstaat aan de jaarlijkse voetafdruk van vijf mensen in Senegal.Greta, schrijft Ernman, heeft weliswaar een diagnose, maar dat sluit niet uit dat ‘zij gelijk heeft en de rest het faliekant mis heeft’. “Zij ziet wat anderen niet onder ogen wilden zien.”Haar asperger is haar ‘superkracht’, verklaart Greta later zelf. Die heeft haar de ogen geopend voor de klimaatcrisis. Ze leest alles wat er aan wetenschappelijke literatuur over het klimaatprobleem te lezen valt. Haar ouders willen niet achterblijven en lezen mee, alhoewel met enige tegenzin. “Beroemdheden als jullie zijn voor het milieu zoiets als Jimmie Akesson (de leider van de anti-immigratiepartij Zweden Democraten, red.) voor de multiculturele samenleving”, houdt Greta hen voor vanwege hun (vlieg)gedrag. Daar hebben Ernman en Thunberg weinig tegenin te brengen. Het gezin besluit vanaf dat moment aan de grond te blijven. Ze stoppen met het eten van vlees, leggen zonnepanelen op het dak en de dieselauto wordt op den duur vervangen door een elektrische.De mensheid wakker schudden
9 November 2016. Svante Thunberg komt zijn dochter wekken. “Er is vannacht veel sneeuw gevallen, dus je kan niet naar school. O, en Trump heeft de verkiezingen gewonnen.” Greta is eenzaam in haar opluchting. Zij redeneert: als een Obama of Clinton had gewonnen was er niks veranderd, maar de verkiezing van zo’n extremist als Trump, zoiets zou de mensheid toch wakker moeten schudden. Nu zou het kantelpunt toch op handen moeten zijn.Intussen is het meisje een nog altijd anonieme activist. Haar boodschap wil er op den duur bij haar ouders wel in, maar daarbuiten lijkt die aan dovemansoren gericht. Via haar socialemedia-accounts dient ze de onwetenden van ongevraagde repliek. Zo is er de groep die blijft volhouden dat we moeten inzetten op kernenergie. En er is de groep die elk ander argument afdoet met: wij zijn het probleem niet, dat is de exponentiële bevolkingsgroei in Verweggistan. Greta antwoordt met een van de standaardteksten die ze op schrift heeft gezet. Waarna menig klimaatscepticus haar account blokkeert.“Onze voetafdruk is het probleem, niet de mensen”, is Greta’s tegenwerping. “Hoe meer geld je hebt, hoe groter de uitstoot. Als je de bevolking wilt inperken om grondstoffen te besparen, zou je een campagne moeten beginnen om van alle miljardairs af te komen. Die kun je dan ‘Vermoord Bill Gates en verbied alle directeuren en filmsterren om kinderen te krijgen!’ noemen. Maar het wordt waarschijnlijk nogal lastig om in de VN zo’n resolutie aan te nemen.”In het voorjaar van 2018 komt de eerste kleine doorbraak: ze wint een essaywedstrijd van Svenska Dagbladet, een landelijke krant, en ineens overstijgt haar publiek de omvang van het gezin. De hele Zweedse bevolking kan zich nu van haar no-nonsense-argument bedienen. Niet dat ze dat graag willen horen.“Een paar dagen geleden”, schrijft Greta, “keek ik naar een televisiedebat tussen partijleiders en zag ik hoe ze daar konden staan liegen. Ze zeiden dat het nergens op slaat om te proberen de Zweedse uitstoot te beperken, omdat we toch al zo’n ‘rolmodel’ zijn. Dat we ons moeten richten op het helpen van andere landen. Zweden is geen rolmodel. Het Zweedse volk stoot jaarlijks elf ton CO2 per capita uit. Volgens het Wereld Natuur Fonds staan we op de achtste plek. Wij zijn degenen die hulp nodig hebben.”De landelijke verkiezingen zijn in aantocht, en Greta heeft een plan. Drie weken wil ze in schoolstaking voor het Zweedse parlementsgebouw gaan zitten, om zo aandacht te vragen voor de crisis die niemand écht onder ogen lijkt te willen zien. Haar ouders, geen groot voorstanders van het idee van een langdurige schoolstaking, verwachten dat het wel losloopt. Die is vast rond de lunch weer thuis, denken ze, als Greta op de ochtend van maandag 20 augustus 2018 met haar schoolboeken, haar zitmatje, haar flyers en haar spandoek – skolstrejk för klimatet – naar de stad fietst.Graag geziene gast
Maar ze blijft zitten. Op dag één al loopt ze internationaal in de kijker. De rest is geschiedenis: op de laatste vrijdag van haar drieweekse staking volgen duizenden mensen in Zweden en naburige landen haar voorbeeld. Die zaterdag, de dag voor de verkiezingen, houdt ze haar eerste toespraak bij de klimaatmars in Stockholm. Ze kondigt aan één dag per week te blijven staken, haar ‘vrijdagen voor de toekomst’.En de wereld staakt mee. Miljoenen mensen, in ruim honderd landen. Het Greta-effect, heet het in de media.Al snel is de activiste een graag geziene gast op klimaatfeestjes. Dus reist ze, immer over land en zee. Naar de klimaatconferentie in Polen, naar het World Economic Forum in Davos, naar de EU en naar Vaticaanstad, waar ze woorden wisselt met de paus.Niet veel later besluit Greta een sabbatical te nemen om naar Noord-Amerika te zeilen. Op 23 september van dit jaar speecht ze in New York ten overstaan van een groep wereldleiders op de VN Climate Action Summit. “Dit is zo verkeerd. Ik zou hier niet moeten staan. Ik had op school moeten zitten, aan de andere kant van de oceaan. Maar jullie komen naar ons, jonge mensen, voor hoop? Hoe durven jullie? Jullie stelen mijn dromen en mijn jeugd met jullie holle frasen.” In de wandelgangen van de Verenigde Naties werpt ze een vuile blik op Donald Trump.Per trein en met de Tesla van Arnold Schwarzenegger reizen Greta en haar vader vervolgens in de richting van Chili voor de volgende klimaatconferentie. Totdat de locatie wegens de politieke onrust in dat land naar Madrid wordt verplaatst. “Ik ben een halve wereld de verkeerde kant op gereisd”, meldt Greta gelaten. “Iemand misschien een lift over de Atlantische Oceaan?”Dus nu zit ze aan boord bij een Australisch gezin, ergens tussen Amerika en Europa, en hoopt ze dat ze op tijd aan de overkant is. Ze zal verstek moeten laten gaan bij de prijsuitreiking van de Internationale Kindervredesprijs vandaag in Den Haag – al is de vraag of ze die überhaupt in ontvangst had willen nemen.De jonge pleitbezorger laat zich niet makkelijk fêteren. Ze won het afgelopen jaar een scala aan vrouwen-, milieu- en vredesprijzen. Greep net naast een Nobelprijs. En bedankte in oktober voor de prestigieuze Nordic Council Environment Prize, inclusief prijzengeld van circa 50.000 euro. De klimaatbeweging, was haar respons, heeft niet nog meer prijzen nodig. “Wat we nodig hebben is dat politici en mensen met macht beginnen te luisteren naar de huidige, best beschikbare wetenschap.”Lees ook:
Waarom Greta Thunberg irritatie oproept (maar toch door moet gaan)
Ja, Greta Thunberg, de zestienjarige klimaatactiviste, roept irritatie op. Maar juist omdat ze zo stellig is, vervult ze een onmisbare rol in het klimaatdebat.
woensdag 20 november 2019
Foodwatch / CETA
De kans slinkt dat het parlement instemt met
ratificatie van het handelsverdrag. De
handtekeningen van alle 28 EU-lidstaten zijn
nodig om CETA volledig en officieel goed te
keuren. Het lijkt erop dat in de Tweede en
Eerste Kamer de gehele oppositie zal
tegenstemmen.
Tijdens een hoorzitting gaf specialist Publiek Recht Prof. Dr. Wolfgang Weiß meer uitleg. In naam van foodwatch toont hij aan hoe ondemocratisch dit verdrag is. Hieronder lees je het in een notendop. |
Achter gesloten deuren
Ondemocratisch, hoezo? De onderhandelingen
worden achter gesloten deuren gevoerd, door
dubieuze 'comités'. De leden en inhoud blijven
geheim. Er is dus zowel door Nederland als het
Europees Parlement geen controle mogelijk,
terwijl er geschaafd wordt aan onze
voedselveiligheid, biodiversiteit,
dierenwelzijn en pesticidengebruik.
|
||
Alternatieve rechtbank
Het Investment Court System (ICS) gaat als een
soort arbitragesysteem investeerders beschermen
tegen nationale democratische besluiten. Via
een speciaal hof kunnen bijvoorbeeld Canadese
bedrijven schadevergoeding eisen als ze vinden
dat ze worden benadeeld door regelgeving in een
Europees land. Dit arbitragesysteem is niet
toegankelijk voor consumentenorganisaties,
milieuorganisaties of vakbonden.
|
We mogen ons voedselbeleid niet overlaten
aan geheime comités en
bedrijven. Handelsverdragen die
ondemocratisch tot stand zijn gebracht, zoals
CETA, moeten weg worden gestemd. Stop
dit ondemocratische handelsverdrag en teken
vandaag nog!
|
Met vriendelijke groet,
|
Directeur
Beste foodwatcher,
Het debat over het wel of niet goedkeuren van
het CETA-verdrag met Canada woedt heviger dan
ooit. De strijd tegen dit schadelijke verdrag
begint haar vruchten af te werpen. Nog niet
getekend?
Teken ook tegen CETA en geef het laatste
zetje!
De afgelopen weken hebben we ons ontzettend ingezet om de consument te beschermen tegen CETA. Naast vele oproepen aan onze achterban, waren we actief betrokken bij een belangrijke hoorzitting over CETA in de Tweede Kamer. Bij deze hoorzitting waren verschillende experts aanwezig, waaronder professor Weiß die namens foodwatch optrad. Zijn boodschap? CETA is ondemocratisch en moet worden weggestemd. |
|
|||||||||||||||||||||||||
zaterdag 16 november 2019
zondag 10 november 2019
Progressief Nederland flirtte in de jaren zestig en zeventig opzichtig met de DDR. / Volkskrant
Progressief
Nederland flirtte in de jaren zestig en zeventig opzichtig met de DDR.
Al was het maar om de machthebbers in Den Haag op de kast te jagen.
Margriet Meindertsma behoort tot de weinige Nederlanders die geregeld de DDR bezochten.
In
de gesprekken die Margriet Meindertsma (76) voerde met de bewoners van
dat verdwenen land kwamen twee thema’s steevast aan de orde: de
Trabantjes, die hen er voortdurend aan herinnerden dat de Oost-Duitse
auto-industrie door die van de Bondsrepubliek was overvleugeld, en het
beklemmende gegeven dat zij alleen binnen het voormalige Oostblok
mochten reizen.
Met
de val van de Muur, zaterdag dertig jaar geleden, kwam aan de
begrenzing van hun reisvrijheid in elk geval een einde. Meindertsma kon
zich dus goed verplaatsen in de vreugde die deze historische gebeurtenis
bij de burgers van de DDR teweegbracht. Maar of het wel zo’n goed idee
was om het land dan maar meteen op te doeken? Meindertsma is er nog
steeds niet van overtuigd. ‘Het ging wel erg snel allemaal. Te snel,
volgens velen. En alles wat het behouden waard was, kwam op de mestvaalt
van de geschiedenis terecht. Met alle mentale gevolgen voor de
Oost-Duitsers van dien. De DDR had beter nog wat langer kunnen blijven
bestaan.’
Links-christelijke hoek
Als
vredesactivist uit de links-christelijke hoek en voorzitter van de
Nederlandse Christen Studentenvereniging (NCSV), vatte Meindertsma in de
jaren zestig een zekere sympathie op voor de DDR. Geen
onvoorwaardelijke liefde, want zij had wel degelijk oog voor het
dictatoriale karakter van ‘de eerste socialistische staat op Duitse
bodem’ – anders dan Christenen voor het Socialisme die kritiek op de DDR
als een vorm van verraad beschouwden. De NCSV hoopte ‘in dialoog’ met
christenen aan gene zijde van het IJzeren Gordijn het systeem te
veranderen.
Meindertsma
en haar geestverwanten bij de NCSV zagen de DDR als het beste van de
twee Duitslanden. En nog steeds kan zij zich in die zienswijze
verplaatsen. ‘In de DDR waren nazi’s grondiger weggezuiverd dan in de
Bondsrepubliek. Op veel terreinen, zoals stadsvernieuwing, was het in
de jaren zeventig een innovatief land. Het bood zijn burgers gratis
kinderopvang, gratis openbaar vervoer, en gratis gezondheidszorg. De
bezitsverhoudingen waren er ingrijpend gewijzigd.’
Ze
zette zich dan ook energiek in voor erkenning voor de DDR door de
Nederlandse regering. Ook nadat het land had bijgedragen aan het
neerslaan van de Praagse Lente in 1968 – de poging om in het toenmalige
Tsjecho-Slowakije het ‘socialisme met een menselijk gezicht’ te
vestigen. ‘Ik was daar diep ontgoocheld over. Kort tevoren had ik in
Sofia het Wereldjeugdfestival bijgewoond. De Tsjecho-Slowaakse delegatie
was een baken van hoop. Die hoop was volkomen verdwenen toen ik een
maand na de Russische inval Praag bezocht: de stad was ondergedompeld in
droefenis.’
Aan
haar inzet voor de erkenning van de DDR deed dit geen afbreuk.
Integendeel. ‘Ik was ervan overtuigd, en dat ben ik nog steeds, dat het
isolement van de DDR alleen maar heeft bijgedragen aan de verstarring
van het regime.’ Die ontwikkeling was al onomkeerbaar, denkt
Meindertsma, toen Nederland – als een van de laatste landen – in 1973 de
DDR erkende. Op dat moment had zij haar positieve belangstelling voor
het land allang verloren. Krantenknipsels, activistische stencils,
plakboeken met treinkaartjes en fletse kleurenfoto’s van bevlagde
overheidsgebouwen en straten met Trabantjes herinneren aan haar vroegere
engagement. ‘Dit is letterlijk een wereld van gisteren.’
DDR als restproduct
Het
imago van de DDR is altijd sterk afhankelijk geweest van uiteenlopende
wanen van de dag, zegt historicus Jacco Pekelder – auteur van een in
1998 verschenen boek over de relatie tussen beide landen. ‘In de eerste
jaren van haar bestaan werd de DDR louter gezien als restproduct van de
Tweede Wereldoorlog. Een Duitse Sovjet-republiek waar ‘rot lackierte
Faschisten’ het voor het zeggen hadden. Een land dat mentaal veel meer
gemeen had met Pruisen dan de Bondsrepubliek. Dat kon je alleen al zien
aan de Nationale Volksarmee: de helmen, het eikenloof op de
uniformkragen en de ganzenpas bij de wisseling van de wacht bij het Neue
Wache: alles verwees naar het militaire verleden. De antifascistische
pretenties van het regime ten spijt.’
In
de jaren zestig kantelde het beeld van de DDR bij ‘mainstream
sociaal-democraten, linksige christen-democraten en zelfs ondernemers’,
zegt Pekelder. ‘Het land werd toenemend als een succes waargenomen, ook
door geslaagde zelfpromotie van het regime in Oost-Berlijn. Het werd
geassocieerd met zijn sportieve prestaties, en het wist zichzelf als
tiende economie van de wereld te verkopen. In links Nederland was de
modieuze afkeer van de Bondsrepubliek omgekeerd evenredig aan de
sympathie die de DDR er genoot. En sympathie voor de DDR ging vaak
gepaard met sympathie voor de opgepakte leden van de Rote Armee
Fraktion, die als politieke gevangenen werden beschouwd.’
Voor
Nieuw Links, de progressieve vleugel binnen de PvdA, was erkenning van
de DDR een thema waarmee ‘de zittende macht’ in verlegenheid kon worden
gebracht. Erkenning van de DDR gold als een voorwaarde voor de
beëindiging van de Koude Oorlog. En wie kon daar nu tegen zijn? ‘Nieuw
Links kon stemming maken met de DDR’, denkt Pekelder. ‘Als je in de
Duitse pot roerde, kreeg je altijd een groot deel van het publiek mee.’
Marx in een kist
In
1987, twee jaar voor de val van de Muur, werd de erkenning van de DDR
bezegeld met een ‘officieel bezoek’ (geen staatsbezoek) van partijleider
Erich Honecker aan Nederland. Zelfs onder de communisten, die al niet
meer in de Tweede Kamer waren vertegenwoordigd, genoot zijn land
nauwelijks nog aanzien. Een kleine delegatie van de zieltogende CPN
bezocht de ‘onverstaanbaar mummelende Honecker’ in diens presidentiële
suite in het Kurhaus. ‘Aan het eind krijgen we een geschenk mee’,
schreef delegatielid Marius Ernsting naderhand. ‘Een bronzen beeld van
Marx op schaal 1:3, verpakt in een houten kist. (…) De symboliek ontgaat
iedereen op dat moment: Honecker doet afstand van Karl Marx, en geeft
hem (in een kist!) mee aan vertegenwoordigers van een communistische
partij die zich op dat moment al voorbereidt om op te gaan in
GroenLinks.’
In
Baarn vindt op zaterdag 9 en zondag 10 november het Festival 30 Jahre
Mauerfall plaats, met medewerking van onder anderen Ben Bot, Margriet
Brandsma, Hanco Jürgens, Willem Melching en Maarten van Rossem.
Informatie: DDR-museum.nl.
‘In onze hoofden staat de Muur nog overeind’ / NRC
Sternberg Dertig jaar geleden viel de Muur, wat het eind van de DDR betekende. Bleef er iets over van de Oost-Duitse identiteit? Nynke van Verschuer,
die als kind kort na de Duitse hereniging een paar jaar in de
voormalige DDR woonde, reisde terug naar oud-klasgenoten en een
oud-lerares.
In de zomer ligt Sternberg tussen glooiende, gele akkers vol
koolzaad. In de DDR, waar het stadje tot 1990 lag, werd gefluisterd dat
de koolzaadolie zou worden verwerkt tot brandstof voor het
USSR-ruimteprogramma. Nu is een privaat bedrijf eigenaar van de silo’s
aan de rand van het stadje, die bij ongunstige wind een muffe lucht door
de straten verspreiden. Niemand die nog denkt dat een raket de ruimte
haalt op dat spul.
Van 1992 tot 1998, van mijn vierde tot mijn tiende, woonde ik in Sternberg. In die jaren werd de DDR ontmanteld, staatsbedrijven werden geprivatiseerd, de werkloosheid in Mecklenburg schommelde rond de 18 procent en wakkerde het toch al wijdverbreide alcoholisme aan. Sociale voorzieningen waren met het regime ingestort en werden maar mondjesmaat weer opgetuigd. Het sluimerende neonazisme stak de kop op, gemarkeerd door de aanslag in Rostock-Lichtenhagen op een flat van nieuw aangekomen asielzoekers en gastarbeiders, die door een meute woedende skinheads met molotovcocktails werd bekogeld in de zomer van 1992. Mijn ouders, arts en predikant, verhuisden in februari van dat jaar met kleine kinderen vanuit Tytsjerksteradiel naar Meck-Pomm om de opbouw van de democratie mee te maken. Ik ging, onverschillig voor de politieke aardverschuiving, naar school en vond de kolenkachel heel normaal.
Van 1992 tot 1998, van mijn vierde tot mijn tiende, woonde ik in Sternberg. In die jaren werd de DDR ontmanteld, staatsbedrijven werden geprivatiseerd, de werkloosheid in Mecklenburg schommelde rond de 18 procent en wakkerde het toch al wijdverbreide alcoholisme aan. Sociale voorzieningen waren met het regime ingestort en werden maar mondjesmaat weer opgetuigd. Het sluimerende neonazisme stak de kop op, gemarkeerd door de aanslag in Rostock-Lichtenhagen op een flat van nieuw aangekomen asielzoekers en gastarbeiders, die door een meute woedende skinheads met molotovcocktails werd bekogeld in de zomer van 1992. Mijn ouders, arts en predikant, verhuisden in februari van dat jaar met kleine kinderen vanuit Tytsjerksteradiel naar Meck-Pomm om de opbouw van de democratie mee te maken. Ik ging, onverschillig voor de politieke aardverschuiving, naar school en vond de kolenkachel heel normaal.
Abonneren op:
Posts (Atom)