Een voorpublicatie.
In
Christchurch (Nieuw-Zeeland) begon de schoolstaking voor het klimaat op
vrijwel dezelfde manier als in veel andere steden en plaatsen: midden
op de dag stroomden lawaaischoppende scholieren hun scholen uit met
borden waarop een nieuw tijdperk voor klimaatactie werd geëist. Er waren
scholieren van alle leeftijden, en van één Maorischool waren zelfs alle
leerlingen de straat opgegaan om te staken. ‘Ik was ontzettend trots op
heel Christchurch,’ zei een van de organisatoren, de zeventienjarige
Mia Sutherland, tegen me. ‘Al deze mensen waren zo moedig. Het is niet
niks om te gaan staken.’
Sutherland,
een buitenmeisje, begon zich zorgen te maken over de ontwrichting van
het klimaat toen ze besefte wat de invloed daarvan zou zijn op de natuur
waar ze zo van hield. Maar toen ze hoorde over de stijging van de
zeespiegel en de kracht van orkanen, en dat hele landen in de Grote
Oceaan gevaar liepen, werd het een mensenrechtenprobleem. ‘Hier in
Nieuw-Zeeland horen we bij de Grote Oceaaneilanden,’ zei ze. ‘Dat zijn
onze buren.’
Net
toen ze zich oppepte om de afsluitende toespraak van die dag te houden,
werd er aan haar getrokken en zei een van haar vrienden: ‘Je moet nu
stoppen. Onmiddellijk!’ Het zou nog een aantal uren duren voor de jonge
stakers precies doorkregen wat zich die dag voor gruwelijks had
afgespeeld en waarom tegen hen gezegd was dat ze niet in de buurt van
het park bij de Al Noor-moskee mochten komen.
Bloedbad als actie tegen ‘witte genocide’
We weten nu dat een 28-jarige, in Nieuw-Zeeland wonende Australische man tegelijkertijd met de scholierenstaking voor het klimaat
naar die moskee is gereden, naar binnen is gelopen en tijdens het
vrijdaggebed het vuur heeft geopend. Na een zes minuten durende
slachtpartij vertrok hij rustig uit de Al Noor, reed naar een andere
moskee en ging door met zijn destructieve daad. In totaal waren er
vijftig doden, onder wie een kind van 3. Een ander kind zou enkele weken
later in het ziekenhuis overlijden. Nog eens 49 mensen raakten ernstig
gewond bij dit grootste bloedbad in de geschiedenis van het moderne
Nieuw-Zeeland.
In
zijn (op meerdere sociale mediasites geplaatste) manifest en in de
inscripties op zijn wapen geeft de moordenaar blijk van zijn bewondering
voor de mannen die verantwoordelijk zijn voor andere, soortgelijke
bloedbaden. Net als deze andere terroristen was de schutter in
Christchurch geobsedeerd door het idee ‘witte genocide’, een dreiging
die zou uitgaan van de groeiende aanwezigheid van niet-witte
bevolkingsgroepen in landen met een witte meerderheid. Hij weet die
dreiging aan ‘binnenvallende’ migranten.
De
gruweldaad in Christchurch paste in dit duidelijke en escalerende
patroon van extreem-rechtse haatmisdrijven, maar onderscheidde zich daar
in enkele opzichten ook van. Een daarvan was de mate waarin de
moordenaar het bloedbad plande en uitvoerde als een voor het internet
gemaakt spektakel, live uitgezonden op Facebook.
Hevige contrasten
Het
extreme mediakarakter van het bloedbad in Christchurch, met de
overduidelijke poging van de moordenaar om een spelletje van zijn
‘real-life-actie-post’ te maken, zorgde voor een ondraaglijk contrast
met de harde realiteit van zijn gruwelijke misdaad, van kogels die vlees
uiteenrijten, van in rouw gedompelde gezinnen en van de mondiale
moslimgemeenschap die de angstaanjagende boodschap had gekregen dat haar
leden nergens veilig zijn, zelfs niet in het heilige moment van gebed.
Het
leverde ook een pijnlijk contrast op met de jonge klimaatstakers die op
datzelfde moment voor zo’n heel ander doel bijeen waren. Terwijl de
killer opgewekt speelde met de grenzen tussen feit, fictie en
samenzwering, alsof het idee ‘waarheid’ op zich al #FakeNews was,
hamerden de stakers er onverdroten op dat de harde werkelijkheid van
toenemende hoeveelheden broeikasgassen, grotere CO2-voetafdrukken en
steeds sneller uitstervende soorten, er echt toe doet en eisten ze dat
de politici de gapende kloof tussen hun woorden en hun daden dichtten.
Toen
ik Mia Sutherland zes weken na die vreselijke dag sprak, had ze er nog
steeds moeite mee de staking en het bloedbad van elkaar te scheiden; die
waren op de een of andere manier in haar geheugen met elkaar
versmolten. ‘Niemand ziet ze los van elkaar,’ zei ze bijna fluisterend
tegen me.
White-power ecofascisme
Wanneer
zich vlak bij elkaar heftige gebeurtenissen afspelen, probeert de
menselijke geest vaak verbanden te leggen die er niet zijn, een
verschijnsel dat bekendstaat als ‘apofenie’. Maar in dit geval waren er
wel verbanden. In feite kunnen de staking en het bloedbad begrepen
worden als spiegelbeeldige reacties op een aantal dezelfde historische
krachten. En dit houdt verband met de andere manier waarop de killer van
Christchurch zich onderscheidt van andere, van witte suprematie
overtuigde massamoordenaars door wie hij zich openlijk heeft laten
inspireren. Anders dan zij afficheert hij zich expliciet als een
‘etnisch-nationalistische ecofascist’. In zijn onsamenhangende manifest
zet hij zijn acties neer als een verknipte vorm van milieubescherming.
Hij gaat tekeer tegen de bevolkingsgroei en beweert dat ‘de voortdurende
immigratie naar Europa ecologische oorlogvoering is’.
Voor
alle duidelijkheid: de drijfveer van de moordenaar was niet bezorgdheid
om het milieu; wat hem bewoog was onvervalste rassenhaat. Maar de
ecologische crisis was een van de krachten die deze haat aangewakkerd
leek te hebben, zoals we deze wel meer zien fungeren als aanjager van
haat en geweld in conflicten in de wereld. En tenzij er iets aanzienlijk
verandert in de manier waarop we in de samenleving reageren op de
klimaatcrisis, vrees ik dat we dit soort white-power ecofascisme veel
vaker zullen zien, als een barbaars excuus voor het feit dat we weigeren
onze gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het klimaat te nemen.
Voor
een groot deel is dit te wijten aan het moeilijk op te lossen
opwarmingsvraagstuk. Deze crisis is in zeer grote mate veroorzaakt door
de welvarendste lagen van de maatschappij: bijna 50 procent van de
mondiale uitstoot wordt geproduceerd door de rijkste 10 procent van de
wereldbevolking, en de rijkste 20 procent is verantwoordelijk voor 70
procent van de uitstoot.
Vriendelijkheid, compensatie en welgemeend excuus
Maar
de gevolgen van die emissies worden het eerst en het hardst gevoeld
door de armsten en dwingen steeds meer mensen ertoe weg te trekken, en
die aantallen zullen alleen maar toenemen. Volgens een onderzoek uit
2018 van de Wereldbank zullen in 2050 naar schatting meer dan 140
miljoen mensen uit Afrika ten zuiden van de Sahara, Zuid-Azië en Latijns-Amerika
ontheemd zijn als gevolg van door het klimaat veroorzaakte spanningen,
een schatting die velen voorzichtig vinden.
In
elk ethisch universum zou men deze slachtoffers van een door anderen
veroorzaakte crisis gerechtigheid verschuldigd zijn. Deze gerechtigheid
zou en moet vele vormen aannemen. Als bescherming niet mogelijk is – als
het land gewoon te droog is om gewassen op te verbouwen en de zeeën te
snel stijgen om ze tegen te houden – vereist gerechtigheid dat we
ondubbelzinnig erkennen dat alle mensen het recht hebben weg te trekken
en een veilig heenkomen te zoeken. Dat betekent dat ze bij aankomst
asiel en een verblijfsstatus moeten krijgen. Met zo veel schade en leed
is men hun in werkelijkheid veel meer dan dat verschuldigd: wat hun
toekomt is vriendelijkheid, compensatie en een welgemeend excuus.
Met
andere woorden, de ontwrichting van het klimaat dwingt tot een
afrekening op het terrein dat conservatieve geesten de meeste afkeer
inboezemt: herverdeling van welvaart, het delen van middelen, en
herstelbetalingen. Steeds meer mensen bij radicaal-rechts beseffen dit
maar al te goed, en daarom verzinnen ze diverse verwrongen motieven
waarom dit allemaal onmogelijk is.
De ontkenning verschuift
De
eerste fase is ‘linkse samenzwering’ roepen en botweg de realiteit
ontkennen. In deze fase zitten we nu al even. Het is de strategie
waarvoor Anders Breivik koos, de sociopaat die in 2011 het vuur opende
bij een Noors zomerkamp. Breivik was ervan overtuigd dat de witte
westerse cultuur behalve door immigratie ook werd verzwakt door oproepen
aan Europa en de Angelsaksische wereld om hun ‘klimaatschuld’ af te
betalen. In een paragraaf van zijn manifest met de titel ‘Groen is het
nieuwe rood – stop het milieucommunisme!’ citeert hij verschillende
prominente ontkenners van klimaatverandering en doet hij dringende
verzoeken om klimaatfinanciering af als een poging om Europese landen
(inclusief de VS) te ‘“straffen” voor kapitalisme en succes’. Hij
beweert dat klimaatactie ‘de nieuwe Herverdeling van Welvaart’ is.
Leek
keihard ontkennen destijds een werkbare strategie, negen jaar later
(waarvan er zes behoorden tot de tien warmste jaren ooit geregistreerd)
is dat minder het geval. Dat betekent echter niet dat vroegere
ontkenners nu opeens een op internationale afspraken gebaseerd antwoord
op de klimaatcrisis aanvaarden. Veel waarschijnlijker is dat velen die
nu zeggen de verandering van het klimaat te ontkennen, zich domweg
abrupt zullen bekennen tot het boosaardige wereldbeeld dat wordt
gehuldigd door de killer van Christchurch: de erkenning dat ons
inderdaad een tumultueuze toekomst te wachten staat, reden temeer voor
welvarende, overwegend witte landen hun grenzen te versterken, evenals
hun identiteit als wit en christelijk land, en ten strijde te trekken
tegen alle ‘indringers’.
De
klimaatwetenschap zal niet langer ontkend worden. Wat wel ontkend zal
worden, is het idee dat de landen die in het verleden de meeste
koolstofdioxide hebben uitgestoten iets verplicht zijn aan de zwarte en
bruine mensen die de gevolgen ondervinden van deze vervuiling. Deze
ontkenning zal gebaseerd zijn op de enig mogelijke redenering: dat deze
niet-witte, niet-christelijke mensen de minderen zijn, de anderen,
gevaarlijke indringers.
allesbehalve marginaal
In
grote delen van Europa en de Angelsaksische wereld is deze verharding
al flink gevorderd. De Europese Unie, Australië en de Verenigde Staten
hebben allemaal immigratiebeleidsmaatregelen aangenomen die variaties
vormen op ‘preventie door afschrikking’. De harde redenering is dat we
migranten zo ongevoelig en wreed moeten behandelen dat wanhopige mensen
het wel zullen laten om een veilig heenkomen over de grens te zoeken.
Slechts
enkele uren na het bloedbad in Christchurch kon Donald Trump dan ook
zijn schouders ophalen over de uitbarsting van extreem-rechts geweld en
beginnen over de ‘invasie’ van migranten aan de zuidgrens van de
Verenigde Staten en de ‘nationale noodtoestand’ die hij kort daarvoor
had uitgeroepen, een actie met het doel miljarden vrij te maken voor de
grensmuur. Drie weken later tweette Trump: ‘Ons Land is vol!’ Hiermee
volgde hij het voorbeeld van de Italiaanse minister van binnenlandse
zaken Matteo Salvini, die op de komst van een groepje op zee geredde
migranten had gereageerd met de tweet: ‘Onze havens zijn en blijven
gesloten.’
Murtaza
Hussain, een onderzoeksjournalist die het manifest van de moordenaar
van Christchurch grondig heeft bestudeerd, benadrukt dat het vol staat
met ideeën die allesbehalve marginaal zijn. Zijn woorden, aldus Hussain,
zijn “zowel lucide als huiveringwekkend vertrouwd. Zijn verwijzingen
naar immigranten als indringers horen we terug in de taal die gebruikt
wordt door de president van de Verenigde Staten en extreem-rechtse
leiders in heel Europa […] Voor wie zich afvraagt waar hij is
geradicaliseerd: het antwoord is voor iedereen zichtbaar. Dat is in onze
media en politiek, waar minderheden, moslims of niet-moslims, als
vanzelfsprekend worden verguisd.”
Dit
is een ingekort fragment uit het eerste hoofdstuk van Naomi Kleins
‘Brand! Een vurig pleidooi voor een nieuwe groene politiek’. Dit boek verschijnt op 17 september.
Naomi Klein
Geen opmerkingen:
Een reactie posten