Vader
Samen liepen wij op een zondagmorgen hand in hand door het park van Pernis.
Jij liet mij, diep verscholen tussen het lover, het nestje van de winterkoning zien.
Toen al was jij meer dan mijn vader, jij was mijn vriend.
Nog eenmaal neem ik jou mee aan je hand naar de duinen.
De tijd wordt gevuld met niets -
Niets dan woorden, het ruisen
van het peppelblad.
Geschuifel van voeten door
nat zand, watermunt geurt
langs de waterkant.
We staren naar de bijna lege lucht.
De sperwer speelt een spel met
een hulpeloze prooi.
In deze stilte gevuld met iets
- iets dat lijkt op gelukzaligheid -
vergeten we de tijd.
Tino van Kampen
Samen liepen wij op een zondagmorgen hand in hand door het park van Pernis.
Jij liet mij, diep verscholen tussen het lover, het nestje van de winterkoning zien.
Toen al was jij meer dan mijn vader, jij was mijn vriend.
Nog eenmaal neem ik jou mee aan je hand naar de duinen.
De tijd wordt gevuld met niets -
Niets dan woorden, het ruisen
van het peppelblad.
Geschuifel van voeten door
nat zand, watermunt geurt
langs de waterkant.
We staren naar de bijna lege lucht.
De sperwer speelt een spel met
een hulpeloze prooi.
In deze stilte gevuld met iets
- iets dat lijkt op gelukzaligheid -
vergeten we de tijd.
Tino van Kampen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten