Hoe
gaan musea om met hun collectie na de discussie over #MeToo?
Directeuren zijn mild over het bloot dat te zien is op de schilderijen
in hun toonzalen.
Zeven
blote nimfen te midden van waterlelies proberen Hylas te verleiden om
in het water te komen. Het soft-erotische schilderij 'Hylas en de
nimfen' van de negentiende-eeuwse schilder John William Waterhouse werd
vorige week verwijderd uit de Manchester Art Gallery. De manier waarop
de vrouwen waren afgebeeld, zou aanstootgevend zijn.
Na
zeven dagen kwam het werk weer terug. De verwijdering bleek onderdeel
van een kunstproject van Sonia Boyce en bedoeld om debat op te roepen.
Dat is gelukt. Bezoekers vonden de ingreep belachelijk.
Moeten
Nederlandse musea naar aanleiding van de #MeToo-discussie hun
schilderijencollectie opnieuw tegen het licht houden en misschien wel
schilderijen verwijderen? In Letter en Geest zaterdag betoogde
kunsthistoricus Léon Hanssen van wel. En wat vinden museumdirecteuren
zelf?
Ann Demeester, directeur Frans Hals Museum
"Ik
vind het een verwarrende discussie, want #MeToo gaat over seksuele
intimidatie tussen mensen. Schilderijen vallen niet lastig en plegen
geen ongewenste intimiteiten. Schilderijen kunnen een afbeelding zijn
van verboden perversie. Maar er wordt een handelingsbekwaamheid aan die
schilderijen toegeschreven die bij mensen hoort."
Wordt u dan nooit ongemakkelijk van hoe vrouwen worden afgebeeld in de kunst? De jonge meisjes van Renoir bijvoorbeeld?
"Nee,
daar heb ik geen last van, behalve dan dat ik de vrouwen van Renoir
vaak vreselijk slecht geschilderd vind. Ik kijk naar kunst, niet naar
porno. In de schilderijen van Rubens vind je veel non-functioneel bloot,
maar in de zeventiende eeuw was er geen feministisch bewustzijn. Je
kunt niet verwachten dat er uit die werken een gelijkwaardigheid van man
en vrouw spreekt. De vrouw is de hele kunstgeschiedenis al een
lustobject. Als je daar wat aan wilt veranderen, moet je driekwart van
de kunst schrappen.
"Wat mij ook
dwarszit is de redenering dat zo'n schilderij louter een mannenfantasie
is. Dat is pas seksistisch. Hoezo mag ik dat niet aantrekkelijk vinden?"
Is er iets dat u wel aanstootgevend vindt?
"Sommige
hedendaagse fotografie met een soft-erotische ondertoon. Maar zelfs met
werken die er mensonterend uitzien moeten we voorzichtig zijn. Het kan
best met respect voor het model, de muze, zijn gemaakt. Dan is ons
oordeel als kijker irrelevant."
Tekst loopt door onder de foto
Jan Rudolph de Lorm, directeur Singer Laren
"De
discussie die nu oplaait over #MeToo in de kunst is interessant en
belangrijk. Mijn vrouw helpt als psychiater zorgverleners die onder meer
trauma's hebben door seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ik neem dit
onderwerp bloedserieus. Maar als ik kunstwerken tegen de meetlat van
#MeToo leg, kan ik nog geen één voorbeeld noemen waarbij er sprake is
van grensoverschrijdend gedrag en machtsmisbruik."
Er hangen anders op dit moment wel enkele vrouwelijke naakten in Singer.
"Er
is niets mis met vrouwelijk naakt, ook niet met erotisch vrouwelijk
naakt. Kunst is een spiegel van onze ziel, onze gevoelens en
herinneringen. Uit eigen ervaring weet ik dat vrouwen over het algemeen
wat vanzelfsprekender naar vrouwelijk naakt kijken. Mannen lijken zich
er vaak minder raad mee te weten in het museum. Ik vermoed uit
schaamte."
En als er nou wel een schilderij is waar een naar randje aan zit?
"Ik
zou het niet weghalen, maar juist laten hangen en het schilderij
gebruiken om een discussie te voeren. Je zou het dan wel in een context
moeten brengen. Het Centraal Museum stelt nu werk tentoon van Pyke Koch,
die nazi-sympathieën had. Ik vind het goed dat ze hem laten zien, maar
dan wel met het verhaal erbij. Voor de Brigitte Bardot die wij op een
tentoonstelling hebben hangen, ga ik nu een aangepast tekstbordje
maken."
Alles mag in de kunst?
"Een
werk dat oproept tot geweld, verkrachting bijvoorbeeld, zou ik niet in
een openbare ruimte hangen. Hoewel je daarmee in bepaalde gevallen juist
kunt laten zien wat niet in de haak is. Het hangt van de context af."
Tekst loopt door onder de foto
Harry Tupan, algemeen directeur Drents Museum
"Als
we een plan hebben voor een tentoonstelling praat ik altijd met de
conservator over de thematiek, het effect op bezoekers en de
maatschappelijke relevantie. Maar één ding staat daar altijd boven: de
artistieke vrijheid. Een kunstenaar moet signaleren, anticiperen op
ontwikkelingen en, soms, choqueren. En je wilt een artiest niet in zijn
opvattingen belemmeren."
Werpt #MeToo een nieuw licht op de schilderijen in het museum? Het zijn wel bijna altijd vrouwen die naakt zijn.
"Als
museum wil je verhalen vertellen. De ene keer vertelt een schilder een
verhaal aan de hand van een huis, de andere keer door middel van een
naakt. Het vroegste beeld uit de geschiedenis is trouwens een naakte
vrouw: de Venus van Willendorf. We hebben overigens ook hele rijen met
mannelijke naakten in huis, hoor. We moeten enorm oppassen met
moraliseren. Want straks komt er een discussie over bijvoorbeeld religie
en wat zouden we dan met religieuze schilderijen moeten doen? Ik zou
niet graag de scherprechter willen zijn van wat wel en niet mag."
Is er een grens aan wat een museum kan tonen?
"Dat
weet ik niet. Er zijn kunstenaars die heel nare dingen tonen, maar daar
wel wat belangrijks mee vertellen. Is dat dan verkeerd? Welnee! Wat ik
ook een interessant aspect vind: een schilderij is niet echt, het is
tweedimensionaal en van verf. Dat maakt het nog wat ingewikkelder. Ik
wil niemand te kort doen, maar de kunst ook niet."
Het bekijken en plaatsen van reacties is voorbehouden aan onze betalende abonnees. Kijk hier voor een overzicht van onze abonnementen.
Jan Rudolph de Lorm, directeur Singer Laren