Concertrecensie
Nick Cave & The Bad Seeds
Ziggo Dome, 6 oktober
★★★★★
Nick Cave & The Bad Seeds
Ziggo Dome, 6 oktober
★★★★★
Nick
Cave leunt vanaf het voorste hek óp het publiek. Hij laat zich door een
zee van armen ondersteunen, tijdens 'Higgs Boson Blues', één van de
hoogtepunten van de avond. Woest trekt hij die armen richting zijn
borst, hij spuugt het uit: “Can you feel my heartbeat?”
Bij het omineuze ‘Jesus Alone’ heupwiegt hij over het podium, van links
naar rechts, dreigend als Magere Hein, de armen uitdagend geheven. Bij
'Jubilee Street' is de manische triomf van zijn gezicht af te lezen:“Look at me now!” De aansporing is onnodig – we blijven heus wel kijken.
Want
Nick Cave is behept met het soort magnetische podiumuitstraling die
maar weinigen gegeven is. Het is een performer die op het podium precies
doet wat hem na al die decennia op de been houdt – zichzelf
onderdompelen in zijn muziek, tot aan het maniakale toe. En Cave was in
bloedvorm, samen met zijn magistrale band The Bad Seeds. Alles klopte,
gisteravond in de Ziggo Dome.
Dat is
misschien een wat grote concerthal, voor een bij vlagen zo intiem
concert, maar Cave predikte tot de achterste rijen. Het geluid was
perfect, de dienstbare The Bad Seeds speelden geweldig - wel wat
ingetogen, minder uitzinnig dan tijdens hun afsluitende Lowlands-show in
2013.
Onverzettelijk
Terecht,
want dit concert stond in het teken van zijn laatste album ‘Skeleton
Tree’, de hoekige, rauwe verwerking van de dood van Cave’s verongelukte
zoon in 2015. Die Kindertotenlieder zijn zij aan zij door de set
verweven, die verder de hoogtepunten uit Caves carrière bevat: van
debuutsingle ‘From Her To Eternity’, het liefdesballade ‘Into my arms’,
het spetterende ‘Red Right Hand. Geen verrassende set, maar wel een die
prachtig in balans bleek. Elk nummer kreeg de behandeling die het
verdiende – soms wat aan de tijd aangepast, zoals ‘The Mercy Seat’, want
Cave is toch ook al zestig.
Niet aan
hem af te zien, overigens. Hij rockt, hij tiert, hij briest, hij huilt.
Nick Cave is uitdagend en onverzettelijk, tijdens ‘Higgs Boson Blues,
als de uit graniet gehouwen rockster. Maar bij het klein gehouden
liefdesliedje als ‘Into My Arms’ en de daarop volgende pendant ‘The Ship
Song’ zien we hem kwetsbaar, breekbaar. Soms zelfs kapot.
Zoals
tijdens ‘I Need You’. Dat is geen mooi liedje, maar een klaagzang die
priemt door de ziel. De échte stomp in de maag volgt aan het slot, met
‘Distant Sky’ - met de Deense sopraan Else Torp op het grote scherm.
Cave huilt het uit, ook de zaal slikt even wat weg. Setafsluiter
‘Skeleton Tree’ krijgt erna zowaar iets opbeurends, langzaam breken
zonnestralen door.
Maar het mooiste
moet dan nog komen. Bij de toegift blijkt Cave het prima naar zijn zin
te hebben, wanneer hij voor ‘Stagger Lee’ zo’n honderd mensen uit het
publiek het podium heeft uitgenodigd. Dan is er tijd voor een grap, een
knuffel, saamhorigheid. Vooral ontroerend is die omhelzing met die
jongen die naast hem staat, voor iedereen te zien op het scherm, tijdens
het allerlaatste nummer, het sidderende ‘Push the Sky Away’ dat de
avond definitief afsluit. En wát voor avond.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten